Onduidelijkheid troef op oude locatie De Rooij

door Rob Klaassen

Het garagebedrijf De Rooij (voorheen Hessenweg De Bilt) is een aantal jaren geleden verplaatst naar het industrieterrein Larenstein in De Bilt. De opstallen van het garagebedrijf staan sedertdien te verloederen langs de Hessenweg. Een doorn in het oog voor met name de omwonenden.

De gemeente stelde zich tot voor kort op het standpunt met lege handen te staan tegenover de eigenaar van het garagebedrijf om de verloedering tegen te gaan. Maatregelen zouden pas kunnen worden genomen op het tijdstip dat met de start van de bebouwing op het terrein van het garagebedrijf zou worden begonnen. Tot die tijd had de gemeente alleen maar af te wachten en toe te kijken.

In deze situatie kwam een doorbraak door toedoen van het raadslid Henk Zandvliet (Groen Links), die in het archief van de gemeente de oorspronkelijke overeenkomst tussen de gemeente en De Rooij terugvond. Deze overeenkomst hield onder meer in, dat het bedrijf na verplaatsing verplicht was om de opstallen, die op gemeentegrond staan, binnen zes weken af te breken. In de raadscommissie Openbare Ruimte van 17 maart stelde hij dit aan de orde. Wethouder Hans Mieras erkende, dat De Rooij inderdaad de verplichting had om binnen 6 weken na de verhuizing de opstallen op gemeentegrond te verwijderen. Hij zegde toe er op korte termijn bij De Rooij op aan te dringen de benzinepompen alsnog zo spoedig mogelijk te verwijderen.

Overkapping en reclameborden
Naar aanleiding hiervan hebben de direct omwonenden zich 23 maart per brief tot College en Raad gewend. Ze zijn verheugd, dat er eindelijk door de gemeente een begin wordt gemaakt om iets te doen tegen de voortschrijdende verloedering. Aan de andere kant bevreemdt het hen, dat alleen wordt gesproken over verwijdering van de benzinepompen en wordt gezwegen over de overkapping van het benzinetappunt en de schreeuwende reclameborden. De omwonenden dringen erop aan, dat naast de benzinepompen ook de andere opstallen, de overkapping en reclameborden, tegelijkertijd zullen worden verwijderd.

Dit alles eens te meer omdat de verloedering door zowel de bouwer als de gemeente wordt gehanteerd als breekijzer om de bewoners mee te krijgen in de bouwplannen. De slogan die hierbij wordt gebruikt "het wordt toch mooier dan het nu is". De bewoners schrijven hier niet op te zitten wachten. Zij willen gewoon een bouwplan dat past in de dorpse omgeving van De Bilt en dat niet zo hoog is dat het zonlicht uit hun huizen verdwijnt.

Standpunt De Rooij
We spraken over deze zaak met garagebedrijf De Rooij in de persoon van Eric de Rooij. Hij zei, dat hij zo min mogelijk over deze zaak wilde zeggen: 'omdat we in goed overleg met de gemeente zijn. We hebben van de gemeente toestemming gekregen de opstallen niet te hoeven afbreken. We hoeven dat pas te doen als we met het bouwplan gaan beginnen'. Op onze vraag wanneer deze toestemming door de gemeente is gegeven, werd ons gezegd dat de laatste keer, dat die werd gegeven, vlak na de afgelopen zomer was.

Vragen
Om te kunnen begrijpen hoe het nu zit hebben we aan de gemeente via de afdeling communicatie gevraagd enige duidelijkheid te willen verschaffen en stelden de volgende vragen: Is er een overeenkomst met De Rooij, waarin staat dat hij na vertrek van de Hessenweg binnen 6 weken de opstallen op gemeentegrond moet hebben verwijderd? Zo ja, waarom is dit dan niet geschied?
En is er door de gemeente De Bilt inderdaad nu al enkele jaren aan De Rooij, vrijstelling verleend de overeenkomst niet na te hoeven leven? Een vrijstelling, die nog deze herfst door de wethouder zou zijn bevestigd? Als dit juist is, waarom is er dan in de commissie Openbare Ruimte door de wethouder toegezegd dat hij in overleg zou treden met garagebedrijf De Rooij om de opstallen te verwijderen?

Antwoorden van de gemeente.
Ad 1. Het klopt dat in de koop- en bedrijfsverplaatsingsovereenkomst uit 2010 is geregeld dat De Rooij 6 weken na het gebruiksklaar zijn van de nieuwbouw op Larenstein de bij het pompstation op de locatie Hessenweg behorende opstallen (in concreto de gehele overkapping en pompen) die zich op gemeentegrond bevinden voor eigen rekening dient te verwijderen en verwijderd te houden.
Ad 2. Het is correct, dat deze verplichting op dit moment nog niet is nagekomen. Er is door de gemeente geen vrijstelling verleend. Wel is overleg gevoerd tussen de gemeente en De Rooij over de afstemming van verschillende werkzaamheden, waaronder de herinrichting van de Hessenweg, met het oog op het maken van werk met werk.
Ad 3. Er is geen vrijstelling verleend. (Er is een gesprek tussen gemeente en De Rooij over de sloop in de maak.)

Conclusie
Veel blijft onduidelijk. Duidelijk is dat de gemeente heeft gedoogd dat De Rooij vooralsnog niet hoeft af te breken. Of hierin verandering gaat komen zal de nabije toekomst leren.