Majoor Boellaard en Annette, de Franse vrouw die de gevangenen van Natzweiler hielp waar dat maar mogelijk was’
Majoor Boellaard en Annette, de Franse vrouw die de gevangenen van Natzweiler hielp waar dat maar mogelijk was’

De overlevenden (III)

Algemeen Historie

Dit is het laatste deel van een driedelige bijdrage in De Vierklank over plaatsgenoten die door hun verzet tegen de Duitsers in een concentratiekamp terecht kwamen en dit overleefden.

door Bernard Schut

De vraag hoe je een concentratiekamp overleeft kan op meerdere manieren beantwoord worden. Hoe overleef je de ervaringen en de herinneringen en is er een leven mogelijk na het kamp? Hoe verwerkt iemand dergelijke ervaringen van leven en dood, overwint hij de spoken, de duivels uit de hel? 'Wat onmeedeelbaar is je mee te delen/dat is een opgaaf, die ik niet volbreng:/dat ik gestorven, nog in leven ben,/en 't voor de mensen daaglijks moet verhelen' (Hoornik). Ook: 'de schaamte daar te hebben overleefd waar een fatsoenlijk mens zou zijn gestorven'. (Brugsma).

Boellaard werd bijna 100 jaar oud, Reijntjes 95, Bierman 98. Alleen Brugsma werd niet ouder dan 75. Of anders geformuleerd, Pim Boellaard overleefde de oorlog 55 jaar, Pim Reijntjes 69 jaar, Velo Bierman 69 jaar en W.L. Brugsma 52 jaar. Respectabel veel jaren. Boellaard -een geboren leider - werd directeur van een levensverzekeringsmaatschappij in Den Haag. Brugsma en Reijntjes kwamen in de journalistiek terecht, wel vertrokken zij al snel voor langere of kortere tijd naar het buitenland. Velo Bierman pakte zijn oude beroep van elektricien weer op, al denk ik dat hij de meeste moeite had om een regelmatig bestaan te leiden. Toen ik hem de laatste jaren van zijn leven leerde kennen, maakte hij een duidelijk getraumatiseerde indruk. Van Boellaard is bekend dat hij zich tot het einde van zijn leven in sterke mate bleef interesseren voor wat betrekking had op de Tweede Wereldoorlog. Reijntjes was een van de drijvende krachten achter de oprichting van het Dachau-monument in Amsterdam en enkele jaren voorzitter van het bestuur. Brugsma die zich min of meer distantieerde van de drie anderen wilde naar verluidt niet meer over het oorlogsverleden praten, maar schreef er wel over. Velo Bierman vertelde tot het laatst op scholen over wat hij had meegemaakt. Toen Boellaard 90 werd boden zijn vrienden hem een lunch aan. Ik kan niet alle handtekeningen op de menukaart lezen, maar die van Reijntjes en Bierman staan erbij, naast die van andere lotgenoten. Nog op hoge leeftijd interviewde Reijntjes Boellaard.

Een stempel op het verdere leven
En van dezelfde Reijntjes komt het duidelijkste antwoord op de vraag die ik stelde: 'Voor veel mensen heeft de kamptijd een stempel op hun verdere leven gedrukt. De meeste gingen thuis gewoon weer aan het werk, en een relatief groot percentage daarvan maakte een uitstekende carrière. Maar het kamp was nooit helemaal weg. Bij niemand. En als de oude kameraden elkaar ontmoetten dan gingen de gesprekken steevast over dit onderwerp. Geen detail werd in deze verhalen overgeslagen; het waren soms lange monologen, van een uur of meer. Voor de kampvrienden was dat nog wel uit te houden, maar ook bezoekers kregen de volle laag en die werd het op den duur soms wel eens te veel. De vrouwen serveerden koffie, maar hadden geen deel aan het gesprek.

Huwelijken waren soms een ramp, soms heel innig, maar altijd zwaar belast. Veel mannen hadden lichamelijke klachten en problemen als slapeloosheid, nachtmerries, driftbuien en woedeaanvallen. Als ze voor de oorlog getrouwd waren, kregen de vrouwen soms een vreemde man terug, met wie het moeilijk was het oude leven voort te zetten. Soms had de vrouw niets geweten van zijn verzetsactiviteiten. Als zo'n man dan werd gearresteerd en zij bleef zitten met een stel kleine kinderen dacht ze natuurlijk: Heeft hij dan niet aan zijn gezin gedacht. Vrouwen die pas na de oorlog trouwden wisten soms helemaal niet wat hun man achter de rug had. De eerste tijd hadden zij wel begrip voor het verdriet van hun mannen. Maar naarmate de tijd verstreek ontstonden er wrijvingen in de gezinnen. Jaar in, jaar uit, en het werd in veel gevallen alleen maar erger.'  (Pim Reijntjes. Na de oorlog 2013)

Voor deze artikelenreeks heb ik dankbaar gebruik gemaakt van:
Brugsma W.L.. Beroep: journalist. HP/De Tijd 1997; Piersma. H. Doodstraf op termijn. Nederlandse Nacht und Nebel- gevangenen in kamp Natzweiler Zutphen 2006; Reijntjes, P. Dachau. Verhalen uit een concentratiekamp. 2005; Reijntjes, P. Na de oorlog. In: Nieuws Kamp Amersfoort nr. 37, maart 2013; Rost. N. Goethe in Dachau. Literatuur en werkelijkheid. Dagboek 1944 -1945. 4e druk De Bilt 2015; Schut. B. Bilthoven en De Bilt tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bilthoven 2015; Schut B. De Rekening van vijf jaar oorlog. Bilthoven en De Bilt de eerste jaren na de bevrijding. Bilthoven 2018; Withuis, J. Weest manlijk, zijt sterk. Pim Boellaard (1903-2001) Het leven van een verzetsheld. Amsterdam 2008.

Pim Reijntjes overleefde het concentratiekamp en werd 95 jaar.