16 jaar en klimkampioen

Zo klautert Sabina naar de Olympische Spelen

‘Het is best simpel, je zet gewoon je voet neer en dan spring je’. Met ongewoon gemak hijst Sabina van Essen (16) zichzelf omhoog aan de vier meter hoge muur. Met deze souplesse won ze onlangs het NK Boulderen. En dit is nog maar het begin.

Boulderen is de laatste jaren zeer populair in Nederland. Het is een klimsport waarbij deelnemers korte parcours moeten afleggen op een kunstmatige rots, zonder dat ze gezekerd zijn. Vorig jaar was boulderen voor het eerst onderdeel op de Olympische Spelen.

Elf

Ze traint zes dagen per week, drie uur per dag. Ze zou het niet anders willen, sinds het moment dat ze voor het eerst haar voet op een klimmuur zette. ‘Ik denk dat ik elf was, in een klimhal in Bangkok’, herinnert ze zich. De jonge atleet kreeg het boulderen er met de paplepel ingegoten: haar vader deed mee aan het eerste Nederlandse kampioenschap en ook haar zus is een fanatiek klimmer.

Favorietenstatus

Inmiddels woont Sabina drie jaar in De Bilt en timmert ze flink aan de weg. In de hoogte voelt ze zich thuis, maar zo’n NK is toch andere koek: ‘Ik hoorde iedereen klappen en joelen. Dan denk je: oh, nu moet ik het ook nog echt gaan doen. Maar dat motiveert me ook wel om te knallen’.

En zo wist ze haar favorietenstatus waar te maken. De eerste en tweede boulder (rots) beklom ze in een handomdraai. Bij de derde boulder haalde ze de top niet, maar dat gold voor alle deelnemers. Vervolgens maakte Van Essen het af op de vierde en laatste boulder, die geen geheimen voor haar had. 

Lang stilzitten na een overwinning doet ze niet. Haar ogen zijn alweer op de volgende wedstrijd gericht én haar grote doel: de Olympische Spelen van 2024 in Parijs. “Gewoon lekker doorgaan en hard trainen.”

Uitdagen

Boulderen is vergelijkbaar met klimmen op een grote wand maar zonder touw, want het is veel lager. Je klimt dus zonder zekering, maar als je valt kom je op de zachte kussens terecht. ‘Boulderen is booming’, merkt Sabina. Veel van haar leeftijdsgenoten zitten op hockey op voetbal, maar steeds vaker geven ze de klimmuur een go. ‘Ik denk dat het helpt dat het sinds vorig jaar een officiële Olympische Sport geworden is. Mensen zijn nieuwsgierig en willen het graag proberen’. 

De 16-jarige klimmer snapt de magie van het klauteren als geen ander. ‘Het is nooit saai. Geen voet links, hand rechts. Je kunt jezelf oneindig uitdagen’, glundert ze. ‘Je werkt veel met je lichaam, maar het is ook puzzelen. Hoe vaker je het doet, hoe leuker het wordt’. 

Voor wie de stoute klimschoenen eens aan wil trekken, heeft ze nog een advies: ‘Het helpt als je wat weet over de veiligheid die erbij komt kijken. Maar wees niet bang om te vallen. ‘Gewoon proberen en kijken’.          (Bernadette Keizer, RTV Utrecht)