Schuilplaats
Schuilplaats

Schuilplaats

Algemeen

Stil is het die ochtend langs het natuurpad. Zwanen blijven rustig zitten als ik passeer, maar purperreiger, blauwe- en zilverreiger en zelfs een roerdomp slaan op de vlucht bij mijn verschijning. In een stofwolk hebben maaimachines het gebied onlangs verlaten. Deze ‘grote grazers’ namen de taak over van de koeien en schapen die hier vroeger liepen. Alles vanwege de grote optelsom rond afvalstoffen. Bloemen van leverkruid, berenklauw en kattenstaart verdwenen tussen de messen van de grasmaaier, namen vlinders, libellen, kevers en zweefvliegen mee. Verloren hoopjes dood gras liggen langs het pad, maar binnenin broeit wellicht leven. Het doorzicht over de kale polder is overigens geweldig.

Obstakels markeren het platte land. Zowel nuttige hekken en banken, als overtollige paaltjes en borden met een boodschap die niet meer van toepassing is. In de luwte van die obstakels werd niet gemaaid, houdt natuur zich schuil. Perzikkruid bloeit daar nog uitnodigend voor achtergebleven insecten. Uitgebloeid koninginnekruid laat hier haar zaden vallen. Verscholen in de strak geschoren akkers fonkelen als met een knipoog frisse dauwdruppels.

Een belofte voor groei.
Dan worden er opnieuw rijplaten binnen geloodst. Nieuwe wegen worden gezocht om de natuur in toom te houden. Nieuwe machines doen hun intree. Ronkende motoren doorkruisen opnieuw de ‘kwetsbare vegetatie’, leggen onderhoudspaden aan. Brede, stevige paden van gemalen beton, restanten van overtollige obstakels / hoogbouw uit de stad. Nog eens wordt de natuur afgestemd op de nieuwe tijd, wordt bos gekapt ten bate van een grote parkeerplaats. Ruimte voor bezoekers met een auto. Zo banen wij ons een weg om te leven in harmonie met de natuur.

(Karien Scholten)

In haiku:

Loze obstakels

Bieden schuilplaats voor natuur

Net na de kaalslag