Freek tijdens z’n eerste oefeningen.
Freek tijdens z’n eerste oefeningen.

Freek de Graaf 50 jaar brandweerman

Algemeen

door Rob Klaassen

Per 1 januari is Freek de Graaf 50 jaar lid van de vrijwillige brandweer in Maartensdijk. Dit jubileum is een unicum in brandweerland. We vroegen hem naar zijn ervaringen en grote veranderingen in het brandweergebeuren van de afgelopen 50 jaar.

‘Het is voor mij allemaal begonnen in Westbroek. Toen ik 18 jaar was, werd ik benaderd door de plaatsvervangend commandant in Westbroek Henk Hoogendoorn, met de vraag of ik er niet wat voor voelde om bij de brandweer te komen. Mijn eerste vraag was - en dat weet ik nog als de dag van gisteren - ‘moet je ook contributie betalen’? Ik dacht dat overal waar je lid van wordt - of het nu voetballen, kaarten of iets anders is - dat lid worden automatisch betekent: betalen’. 

Dinsdag
‘Ik ben toen op een dinsdagavond naar een oefenavond gegaan en ik zit er nu, zo’n 2600 dinsdagavonden later, nog steeds. Het enige verschil is dat ik nu in Maartensdijk zit in plaats van Westbroek. In Westbroek mocht ik na ruim een halfjaar al meedoen aan een landelijke wedstrijd, ondanks het feit dat ik toen nog geen enkele cursus had gevolgd.Na ongeveer een jaar ging ik in Maartensdijk wonen en ben toen min of meer automatisch lid geworden van het korps in Maartensdijk. Van het begin af aan vond ik de sfeer bij de brandweer erg uitdagend. Vooral de collegialiteit,vriendschap en het wedstrijdelement trokken mij aan. Ik ben die eerste winter onmiddellijk begonnen te leren voor het diploma brandwacht 2e klas. Je was in die tijd met het volgen van zo’n cursus een hele winter zoet. Tegenwoordig zijn de cursussen anders opgezet en ben je in 2 jaar gediplomeerd brandweerman. Een aantal praktijklessen vindt namelijk overdag plaats. Ik heb in de loop van de tijd zo’n ruim 10 cursussen gevolgd. Ik werd 1 september 1986 bevorderd tot onder-brandmeester c.q. bevelvoerder en vanaf 1 september 1993 ben ik brandmeester. Van de 50 jaar dat ik bij de vrijwillige brandweer zit, heb ik hiervan 35 jaar in Maartensdijk bij verschillende werkgevers gewerkt. Alle werkgevers hebben altijd hun volle medewerking gegeven om m’n brandweertaken te kunnen uitvoeren. Ik kon dan ook dag en nacht vrijwel continu paraat zijn’.

Verschillen
‘Vergeleken met 50 jaar geleden zijn de verschillen qua brandweer enorm. Het is eigenlijk onvergelijkbaar. Kijk alleen al naar een uitruk. 50 jaar geleden ging er nog een sirene af en tegelijkertijd was dan het hele dorp in rep en roer. Zeer velen gingen zo goed en kwaad als het ging achter de brandweer aan. Nieuwegein en Maartensdijk kregen als eersten in de provincie Utrecht in 1977 stil alarm. Of neem de uitrusting. We hebben nu zeer handzame brandwerende pakken aan die lichtgewicht en ademend zijn. De vroegere pakken waren zwaar en nauwelijks hanteerbaar.

Ook het vervoer is in de loop der jaren heel sterk veranderd. Toen ik in Maartensdijk begon hadden we nog een oude DAF als brandweerauto en voor de manschappen was er een Commer. Wij zaten toen nog rug-aan-rug op houten banken. In 1976 werden deze voertuigen vervangen door een Mercedes 1113. In 1997 heb ik toen nog die Mercedes samen met 3 collega’s naar Miescisko in Polen gebrachtIntussen hadden wij in Maartensdijk een nieuwe luxe tankautospuit gekregen, een MAN, die maar liefst 1500 liter water aan boord heeft. 

In 2010 heeft er een grondige reorganisatie van de Brandweer plaatsgevonden. In plaats van een gemeentelijke organisatie werd de Brandweer een regionale organisatie. In 2010 werd de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) opgericht. Dit had tot gevolg dat alle opleidingen, alle vervoer en alle uitrustingen regionaal werden georganiseerd. Qua voertuigen kregen wij rond 2019 een nieuwe Mercedes autotankspuit inclusief 1200 liter water en een natuurbrand-bestrijdingsvoertuig, een CCFM Mercedes, die maar liefst 3500 liter bij zich heeft. Daarnaast zijn we inmiddels ook uitgerust met de meest moderne hulpverlenings-gereedschappenHet aantal vrijwilligers is helaas in de loop der jaren iets afgenomen. Ik begon met 26 man en dat zijn er nu 19’. 

Verbreding taken
‘De taken zijn in de loop van de jaren ook veranderd. Vroeger was het hoofdzakelijk brandbestrijding en hulpverlening. Dit met een sterke nadruk op brandbestrijding. Het gedeelte hulpverlening is de laatste jaren steeds belangrijker geworden. Als tegenwoordig 112 wordt gebeld voor een reanimatie, dan wordt vanuit de centrale tegelijkertijd ook de lokale brandweer gealarmeerd en rukken wij ook uit om assistentie te verlenen. Doorgaans zijn wij dan als eersten ter plaatse en kunnen dan, voordat de ambulance arriveert met de reanimatie starten en de AED alvast aansluiten. Doorgaans kunnen wij na een alarmering in 3 minuten vanuit de kazerne uitrukken en zijn dan binnen 8 minuten op een locatie binnen ons verzorgingsgebied. Ons gebied omvat Maartensdijk, Hollandsche Rading, Nieuwe Wetering, een stuk Bilthoven dat aan Maartensdijk grenst en de A27 van Utrecht-Noord tot bij Hilversum. Vaak zit daar ook nog Lage Vuursche bij. Officieel valt Lage Vuursche onder Den Dolder, maar omdat Den Dolder overdag vaak onvoldoende mensen op de been kan brengen, gebeurt het nog wel eens dat wij ook daar dan naartoe moeten uitrukken. Gemiddeld hebben we zo’n 50 tot 60 uitrukken per jaar. Iets meer dan 1 maal per week’.

Grote branden
‘In die 50 jaar heb ik veel meegemaakt. Er hebben in de loop der jaren heel wat fatale ongelukken op de A27 plaatsgevonden. Vaak moeten we bestuurders uit hun benarde positie bevrijden door bijvoorbeeld het dak van de auto open te knippen. De brand die mij het meest is bijgebleven is een boerderijbrand die op 31 januari 1987 in Westbroek plaatsvond, waarbij helaas een baby is omgekomen. Ook de eerste grote brand, die ik meemaakte staat nog steeds in mijn geheugen gegrift. Dit betrof een brand op 1e Paasdag in 1974 van de (toen houten) Martin Luther Kingschool in Maartensdijk. De school bevond zich op de locatie waar nu Dijckstate is gevestigd. Vlak naast de school bevond zich toen een eveneens houten Dorpshuis. De school brandde tot de grond toe af; het Dorpshuis kon behouden blijven. Het was een ongelooflijke vlammenzee. Gelukkig waren daar toen geen personen bij betrokken’.

Thuissituatie
‘Op de vraag wat nu het geheim is dat ik dit 50 jaar heb volgehouden, moet ik zeggen dat die tijd welhaast is omgevlogen. Wat volgens mij essentieel is, is dat de thuissituatie het mogelijk maakt dat je dit werk doet. Het vraagt nogal wat, vooral van je vrouw. Bij nacht en ontij moet je je bed uit en dan ben je er plotseling weer niet. Je vrouw en je gezin moeten dat dan maar weer zien op te vangen. Ik ben heel erg blij dat iedereen in mijn gezin dat heeft kunnen en willen opbrengen. Bovendien heb ik ook nog 40 jaar in de personeelsvereniging, gezeten waarvan 38 jaar als voorzitter. Dus tel uit je winst! Ik vind dat het nu wel welletjes is geweest. Er zitten veel heel goede en ambitieuze jongeren bij ons korps die het heel erg goed doen. We hebben een topkorps. Ik denk er in 2023 echt mee te stoppen. Het is dan mooi geweest. Heel erg mooi zelfs. Wat ook mooi zou zijn is als er zich nog een paar nieuwe vrijwilligers bij de Brandweer Maartensdijk zouden melden. Ik wil graag mensen die wonen en werken in Maartensdijk oproepen om eens op een van onze dinsdagse oefenavonden een kijkje te komen nemen. Je ziet aan mij waar het toe kan leiden toen ik 50 jaar geleden ook even langs kwam om ook zo’n kijkje te nemen. Maar laat vooral duidelijk zijn: ik had dit alles voor geen goud willen missen’.


Op de korpsavond op 6 januari werd Freek in het zonnetje gezet. 


Freek de Graaf staat door het dakluik van de cabine van een voertuig dat speciaal is ontworpen om natuurbranden te bestrijden.


Freek tijdens z’n eerste oefeningen. 

Freek de Graaf staat door het dakluik van de cabine van een voertuig dat speciaal is ontworpen om natuurbranden te bestrijden.
Freek in zijn nieuwste brandweeruniform, lichtgewicht en ademend....
Op de korpsavond op 6 januari werd Freek in het zonnetje gezet.