Burgemeester Sjoerd Potters hoopt dat struikelstenen de herinnering levend houden aan hen die er waren.
Burgemeester Sjoerd Potters hoopt dat struikelstenen de herinnering levend houden aan hen die er waren. Foto: foto Donald Noorhoff

Eenentwintig struikelstenen in Westbroek

Algemeen

door Henk van de Bunt

Woensdag 16 november plaatste Stichting Struikelstenen De Bilt 21 struikelstenen op 6 adressen in Westbroek en Achttienhoven ter nagedachtenis aan de 21 omgebrachte Joodse dorpsbewoners. Voorafgaand aan de onthulling van deze stenen werd een zeer druk bezochte bijeenkomst georganiseerd in het Dorpshuis in Westbroek, waarbij ook burgemeester Sjoerd Potters en de wethouders Krischan Hagedoorn en Pim van de Veerdonk aanwezig waren. 

Namens de Stichting Struikelstenen opende voorzitter Ella Prins de bijeenkomst: ‘Het is goed hier zoveel inwoners van Westbroek aan te treffen. In verbondenheid met een ieder, die op welke wijze dan ook is betrokken bij het verleden. Verbondenheid omdat de levensverhalen van alle families, waar wij vanmiddag bij stilstaan, zo dichtbij ons staan. Het is niet alleen belangstelling of betrokkenheid, maar een intens gevoel bij hen, die zoveel hebben meegemaakt en waarvan het leven niets ontziend is ontnomen. Dit accepteren kunnen wij nooit, het enige dat wij hier nu kunnen doen is hen herdenken en proberen in te voelen wat onze Joodse inwonen in Westbroek hebben doorstaan’. 

Verdriet
‘Achter een eenvoudig woord schuilt soms een wereld van groot verdriet’. Met deze inleidende woorden opende burgemeester Sjoerd Potters zijn bijdrage over ‘Simon Grünebaum, slager in Frankfurt, verhuisde in 1938 met zijn vrouw Elise Grünebaum-Raphael vanuit Duitsland naar Nederland. Ze woonden eerst aan wat toen Kerkdijk 87c in Westbroek was en daarna aan Kerkdijk 46 in Achttienhoven. Verhuisden ze? Of vluchtten ze, voor de toenemende repressie en het toenemende geweld tegen wie zij waren: Joden’?

Potters vervolgde: ‘In augustus 1942 ontvingen Julius Hermann en zijn vrouw Selma Hermann-Löwenstein van Kerkdijk 58, een uitnodiging om zich te melden voor evacuatie naar Amsterdam. Uitnodiging? Evacuatie? Ze werden gedwongen om te vertrekken. Omdat ook hier in Nederland het net zich om hen sloot’.

Overlijden
‘Ook Willy, Irma en Doris Leopold-Siesel, van Kerkdijk 29A in Achttienhoven, kregen zo’n uitnodiging om naar Amsterdam te gaan. Zij negeerden die, waarna dit achter hun naam in de boeken kwam te staan: ‘zij werden nietaangetroffen in hun huis’. Niet aangetroffen? Ze waren opnieuw gevlucht en ondergedoken. Zo overleefden zij de oorlog. Samen met nog zes andere van de in totaal 31 Duits-Joodse vluchtelingen die vanaf 1937 naar Westbroek en Achttienhoven kwamen. Achter de namen van de meesten van hen staat als plaats van overlijden: Ook dat woord, overlijden, heeft een wrange bijsmaak. De meesten werden vergast op dezelfde dag dat zij in een kamp aankwamen. Dát is hoe zij overleden: zij werden op gruwelijke wijze vermoord. Allemaal kwamen zij naar Westbroek en Achttienhoven, om het leven dat zij in Duitsland of Polen achter zich moesten laten, hier weer op te bouwen. Zo goed en zo kwaad als dat ging’. 

Herinnering
‘Vandaag leggen wij struikelstenen voor de huizen waar zij hier in Westbroek en Achttienhoven woonden. De nummers van hun huizen zijn veranderd, soms is de straatnaam veranderd. Maar de struikelstenen herinneren ons eraan, dat zij er waren. Ze nodigen ons uit om ons hoofd te buigen en onszelf af te vragen hoe dit kon gebeuren. Een vraag waar nooit een bevredigend antwoord op zal komen. Maar in het stellen ervan, ligt de hoop verscholen op een toekomst waarin iedereen er mag zijn. Ongeacht wie zij zijn. Ik hoop van harte dat de struikelstenen die we vandaag plaatsen, de herinnering levend houden aan hen die er waren. En dat ze de weg plaveien naar verdraagzaamheid’. 

Integratie
Evert Theunissen, onderzoeker en bestuurslid, sprak vervolgens over de Jodenvervolging in Nederland en namens de werkgroep Israël & de kerk (bestaande uit leden van de Nederlands Hervormde gemeente en van de Nederlands Gereformeerde kerk, beiden uit Westbroek) lichtten Mieke Verwey en Anneke Griffioen hun betrokkenheid hierbij toe. Karien Scholten leidde haar bijdrage over de Joodse vluchtelingen in Westbroek en Achttienhoven in met deze woorden: ‘Naar aanleiding van oude ronddwalende verhalen en foto’s wil ik een sfeertekening geven van Westbroek rond de oorlogsjaren. In gesprekken met ouderen ontvouwt zich het beeld van een totaal andere samenleving dan de huidige. Achttienhoven en Westbroek waren toen afzonderlijke gemeentes, waar velen een bestaan hadden in de landbouw en veeteelt. De joodse vluchtelingen die in die jaren in Westbroek en Achttienhoven kwamen wonen, hadden vanwege ernstige bedreigingen hun geboorteland verlaten. De meeste nieuwkomers vonden werk op de boerderij of in de veehandel. Zij integreerden in de dorpsgemeenschap en er ontstonden vriendschappen’. Aanvullend meldde Karien, dat een uitgebreidere versie van haar bijdrage later in het tijdschrift St. Maerten van de Historische Vereniging Maartensdijk zal worden gepubliceerd.

Quilt
Van de groep Duits-Joodse vluchtelingen zijn 21 mensen in de kampen vermoord. Voor hen werden op woensdag 16 november struikelstenen geplaatst voor de huizen waar zij voor het laatst vrijwillig hebben gewoond; op de (zes) adressen Dr. Welfferweg 4, 15 en 40 en Kerkdijk 64, 112 en 140. Hierbij werd ook gebruik gemaakt van de door Thea van der Laan-Roelen vervaardigde quilt met daarop het woord ZACHOR (betekent GEDENK).

De plechtigheid bij een legging kent betrokkenheid bij jong en oud.
De quilt is gemaakt door Thea van der Laan-Roelen.
Voorafgaand aan de onthulling was er zeer druk bezochte bijeenkomst in het Dorpshuis in Westbroek.
Ook bij de onthulling buiten was veel belangstelling.