De eilanden die al in de noordelijke plas zijn aangelegd en zich nu verder kunnen gaan ontwikkelen. (foto Luuk Donderwinkel)
De eilanden die al in de noordelijke plas zijn aangelegd en zich nu verder kunnen gaan ontwikkelen. (foto Luuk Donderwinkel)

Hooge Kampse Plas 10 jaar verder

Algemeen Natuur & Milieu

door Henk van de Bunt

In Fort Voordorp werd in februari 2009 de eerste informatiemiddag georganiseerd over de herinrichting van de Hooge Kampse Plas. Nu, 10 jaar verder, is de Hooge Kampse Plas voor een groot deel klaar. Door Grondbank GMG, onderdeel van gebiedsontwikkelaar K3, zal dit jaar het project, met als eindresultaat een prachtig natuurgebied, worden opgeleverd aan het Utrechts Landschap. Met senior-projectleider Wim Vermeule kijken we terug en vooruit:

Vermeule: 'Het werk wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met de klankbordgroep, bestaande uit Stichting Brigida, Dorpsraad Groenekan, Stichting Milieuzorg Zeist e.o., IVN-De Bilt e.o., Vogelwacht Utrecht, gemeente de Bilt en Groenekans Landschap. De Hooge Kampse Plas is begin jaren '70 ontstaan door zandwinning voor de aanleg van de A27. Er bleef een diepe plas over, die na de zandwinning, is gebruikt voor het storten van bedrijfsafval (1974-1977) en baggerspecie uit het Amsterdam-Rijnkanaal (1978-1979). De bedoeling was om de plas weer als weiland op te leveren, maar de stank die de plas toen produceerde, heeft er voor gezorgd dat dat plan nooit is uitgevoerd. Door de diepte, de mate van vervuiling én de steile oevers, leverde de plas ook nauwelijks waarde voor de natuur op'.

Herinrichting
Mede om de ecologische waarde van de plas te verhogen, is toen het zogenaamde verondiepingsproject gestart. Daarbij wordt onder meer de verontreinigde bodem afgedekt. De start van de natuurontwikkeling bestond uit het maken van eilanden, flauwe oevers met riet en ondiep water (circa 1,5 meter diep) aan de noordzijde van de plas. Door het ondiepe water kunnen waterplanten op de bodem groeien. Daarna is gestart met de herinrichting van de zuidelijk deel van de plas, waarbij de steile oevers worden aangevuld tot een stabiele oever, die niet afkalft. Daardoor kan het fietspad worden behouden voor de toekomst. In het zuidelijk deel wordt tevens de bodem opgehoogd, maar blijft minimaal 10 meter diep. Deze dieptesprong is een extra waarborg voor behoud van helder water, nu en in de toekomst. Helder water is van belang voor de diverse soorten eenden, die al duikend en op zicht hun voedsel moeten zoeken.

Voortgang
Vermeule vervolgt: 'Vanaf de start in mei 2010 is er inmiddels 1,2 miljoen m³ grond en baggerspecie in de plas aangebracht. Inmiddels is het noordelijk deel bijna helemaal klaar. In 2013 is het eerste deel opgeleverd en in oktober 2018 is ook het tweede deel hiervan opgeleverd. De resterende 3 eilanden zullen we dit jaar maken uit de werk-weg, die nu dwars door de plas loopt. Omdat we nog bezig zijn met het zuidelijk deel, blijft die weg echter nog even liggen. Inmiddels is alle benodigde grond en baggerspecie vastgelegd. De komende maanden zal deze worden aangevoerd en wordt er gewerkt in het zuidelijk deel van de plas. Zo worden de oevers aangevuld en de bodem opgehoogd. De grond uit de werkwegen zal met een snijkopzuiger en een drijvende transportleiding worden verplaatst naar delen in de plas waar de vrachtauto's niet kunnen komen. Langs de zuidwestoever (zijde fietspad) wordt tevens een vogelkijkscherm aangelegd en langs de zuidoever (zijde Fort Voordorp) een oeverzwaluwwand. Tot slot worden de bouwvoorzieningen (keet en asfaltterrein) bij de plas verwijderd en wordt ook die plek ingericht als natuur. Daarna kan de natuur zich ongestoord verder ontwikkelen en kan iedereen ervan genieten'.

Waterkwaliteit
De grond en baggerspecie wordt vooraf door een erkend bedrijf gekeurd en is veelal afkomstig van gemeenten en waterschappen. De aangevoerde baggerspecie wordt via een vultrechter in de plas gebracht. Hierdoor is de vertroebeling van het water minimaal. De waterkwaliteit wordt al vanaf het begin van de herinrichting in 2010 elke twee maanden gemeten door het Biltse ingenieursbureau Sweco (voorheen Grontmij). Hieruit komt tot dusver naar voren dat de waterkwaliteit ruim binnen de ecologische normen blijft. Overigens controleert ook het waterschap de waterkwaliteit regelmatig.

Flora & Fauna
Grondbank GMG houdt zorgvuldig rekening met (beschermde) plant- en diersoorten die zij tijdens de uitvoering tegenkomt. Daar zijn ook ecologen van Stichting Utrechts Landschap bij betrokken. Ook wordt er dankbaar gebruik gemaakt van de vele waarnemingen, die door de deskundige vogelliefhebbers van de Vogelwacht worden doorgegeven. Waarnemingen van verstoringen of bijzondere flora en fauna kunnen worden doorgegeven aan de boswachter Rob Veenbrink (tel. 030 2205555 of e-mail info@utrechtslandschap.nl). Kijk voor de laatste ontwikkelingen op www.utrechtslandschap.nl.

Een deel van de noordelijke plas met links vegetatie die zich daar door de verflauwing van de oever kan ontwikkelen. (foto Luuk Donderwinkel)
Een deel van de noordelijke plas. (foto Luuk Donderwinkel)
Toezichthouder Gerrit van Ginkel (l) en projectleider Wim Vermeule zien de auto’s af en aan rijden.