Projectwethouder Ebbe Rost van Tonningen volgt belangstellend de wedstrijd tussen de tweede teams van Brandenburg en PSV.
Projectwethouder Ebbe Rost van Tonningen volgt belangstellend de wedstrijd tussen de tweede teams van Brandenburg en PSV.

Wethouder Ebbe Rost van Tonningen vindt teleurstelling begrijpelijk

Algemeen Politiek

door Henk van de Bunt

Ruim twee maanden is Ebbe Rost van Tonningen de verantwoordelijke projectwethouder voor een nieuw zwembad in de gemeente De Bilt. In die korte tijd presenteert hij al de resultaten van de gevraagde rapportages. In zwembad Brandenburg vertelt de onlangs vanuit Hollandsche Rading naar Bilthoven verhuisde opvolger van Jolanda van Hulst hoe dat ging.

Ebbe: 'Binnen het College hebben wij onze uiterste best gedaan om snel en zorgvuldig tot conclusies te komen. Dit dossier van het zwembad loopt al vanaf 2008. Er zijn welgeteld 10 onderzoeksbureaus aan te pas gekomen en er is bij drie locaties (HF. Witte Centrum, Weltevreden en nu dan bij Brandenburg) gezocht. Dit dossier is niet meer uit te leggen aan burgers, wanneer wij nu nog langer wachten met besluiten. Bovendien gaan de bouwkosten omhoog in deze tijd en ook het rekenrentepercentage voor de investeringslening. Mijn conclusie op dit moment kan geen andere zijn, dan dat de gemeenteraad wordt uitgenodigd in de gemeenteraadsvergadering van 26 januari a.s. de knoop door te hakken. Wij kunnen niet langer wachten als wij op basis van de gegeven randvoorwaarden willen besluiten'.

Uitdaging
Op de vraag of er sprake is van een leuke uitdaging antwoordt hij even duidelijk: 'Ja, dat wel, al had ik zelf gehoopt op een ander resultaat. Ik wilde graag een weg vinden voor een oplossing, die de gebruikersgroepen meer tevreden zou stellen. Het gaat bij een zwembad om een heel belangrijke voorziening voor recreatie en sport, maar ook voor de gezondheidsbevordering door beweging. Daarnaast is een zwembad één van de ontmoetingsplaatsen voor jong en oud in de hele gemeente.

Voorstel
Het voorstel van het College is een bad van 25x15,4 m met de mogelijkheid van een opklapbare tussenwand, waardoor temperatuurverschillen van 28 tot 32 graden kunnen worden geregeld naast een deels in hoogte verstelbare bodem voor gebruikersgroepen', die dat wenselijk achten. Ebbe: 'De gemeenteraad heeft gesteld, dat het tekort voor dit zwembad niet meer dan jaarlijks 366.000 euro mag zijn. En daar moet het College als uitvoerend orgaan zich aan houden. Het eigen vermogen van de gemeente is de afgelopen 10 jaar naar een kritisch minimum gedaald. Dan blijft er op basis van het budget van de Gemeenteraad en de analyse van de externe bureaus maar één mogelijkheid over'.

Teleurstelling
De gebruikersgroepen zijn teleurgesteld. De projectwethouder vindt dit wel begrijpelijk: 'De meesten hadden op een groter bad gehoopt en dachten dat een bad van 25x35 m de beste oplossing zou zijn. Dus een groter bad met meer mogelijkheden. Ik heb zorgvuldig met de gebruikersgroepen gecommuniceerd. Daarmee is een vertrouwensband ontstaan, ondanks de teleurstellende uitkomst. Ik heb het hele dikke dossier van 9 jaar zwembad doorgenomen. En heb zwembaden als Blauwkapel in Groenekan en Krommerijn bezocht en gevraagd naar exploitatiegegevens. Ook hebben wij gegevens van baden in Loosdrecht, Zeist en Alblasserdam doorgenomen. Verder is het concept van de Stichting Water door de organisatie 2521 Gewoon Zwemmen onderzocht en een ander bureau heeft een contra-expertise toegepast. Het College heeft het eindresultaat van 3 mogelijkheden op basis van vergelijkbare uitgangspunten gepresenteerd. Die mogelijkheden zijn baden van 35x25 m, 25x21 m en 25x15,4 m op één A4 vergeleken. Daaruit bleek dat 25x15,4 m het enige bad is dat binnen de financiële kaders van de raad past'.

Risico
'De beslissing over de randvoorwaarden is een verantwoordelijkheid van het College van B&W en uiteindelijk van de Gemeenteraad. Het concept voor een bad van 35x25 m van de Stichting Water is aantrekkelijk, maar het College acht het risico van deze oplossing te groot. De gemeente moet garant staan voor de exploitatie van het bad in de komende 40 jaar (de afschrijvingstermijn voor het bad) en wil uitgaan van een rekenrente, die niet lager is dan 3% voor investeringen. Daarbij acht het College het risico voor de exploitatie van het kleinste bad het meest verantwoord. De gekozen uitgangspunten zijn door het College van B&W vastgesteld'.

Reacties
De reacties van politieke partijen zullen door het College nauwkeurig worden bestudeerd. Ebbe hierover: 'Als ik het commentaar lees van fracties als zou ik 'trucs' hebben uitgehaald, of gebruikers 'een oor hebben aangenaaid' dan zijn die gemakkelijk te weerleggen. Dergelijke uitspraken zeggen meer over de bedoelingen van de woordvoerders dan het door ons gevolgde proces. Het voorstel van het College kan ook geen al te grote verrassing zijn. In april 2015 kwam Hospatility Consultants in een zorgvuldig onderzoek eveneens uit op de conclusie dat de goedkoopste variant het 25x15,4 m bad is met een jaarlijks tekort van 493.703 euro. Maar toen op basis van een rekenrentepercentage van 5,25%'.

Terugloop
In de conclusie van het College heeft de terugloop van het aantal bezoeken aan het huidige bad ook een rol gespeeld bij de afwegingen. Ebbe: 'Het bezoek aan het huidige bad is teruggelopen van 97.564 bezoeken in 2006 naar 74.102 in 2015. Dat is 24 procent. Ik heb in mijn rondgang langs de gebruikersgroepen geconstateerd dat er bij een aantal gebruikersgroepen geen actieve ledenwerving is. Een groep van beneden de 10 mensen, is voor wat betreft de inkomsten te laag. In Groenekan bijvoorbeeld werkt men met groepen van 16 mensen en bestaan een wachtlijsten'.

De bevindingen worden met de gebruikersgroepen besproken en de Gemeenteraad houdt 19 januari een commissievergadering, waar belanghebbenden kunnen inspreken en dan volgt op 26 januari een gemeenteraadsvergadering, waarin de Raad aan zet zal zijn.