Annelieke, Christel, Corine, Ellen, Floor, Nienke en Suzanne hebben hun doel bereikt.
Annelieke, Christel, Corine, Ellen, Floor, Nienke en Suzanne hebben hun doel bereikt.

Geslaagde tocht naar Basecamp Mount Everest

Algemeen

door Walter Eijndhoven

Na hun tocht naar de top van de Kilimanjaro in Oost-Afrika, stond dit jaar het basiskamp van de Mount Everest op het lijstje van Annelieke, Christel, Corine, Ellen, Floor, Nienke en Suzanne uit Bilthoven. Na acht dagen wandelen en genieten, maar ook afzien, bereikten zij uiteindelijk het basiskamp op de hoogste berg van de wereld.

Donderdag 10 november stapte de groep op het vliegtuig naar Nepal, het land met de hoogste bergen ter wereld. Doel: het basiskamp bereiken op bijna 5.500 meter hoogte. Aangekomen op het vliegveld in Kathmandu, vlogen zij door naar Lukla, een heel klein vliegveld. ‘Tegen de landing op dit vliegveld zag ik echt op’, vertelt Ellen. ‘Die baan is maar 600 meter lang, dus het sterk verouderde vliegtuig moet hard in de remmen. Als dat niet lukt, knal je gewoon tegen een bergwand aan’. ‘Ja, die landing hield mij ook erg bezig, hoor’, vult Nienke aan. ‘Gelukkig ging alles goed en kunnen wij hier ons verhaal doen’. 

Yakpoep
Vanaf Lukla volgt een tocht door prachtige bergdorpen, waar geen auto kan komen. Het waren lange dagen van wandelen, vanuit het ‘laagland’ naar boven. ‘Iedere dag liepen wij ongeveer acht uur, van 8.00 uur tot 16.00 uur’, vertelt Christel. ‘Natuurlijk was je aan het eind van zo’n dag best moe, maar tijdens het wandelen let je daar niet op. De omgeving is zo overweldigend, met al die achtduizenders om je heen en dikke pakken sneeuw. Echt genieten’.

Onderweg lopen zij over lange hangbruggen, volledig versierd met kleurrijke vlaggenlijnen. De Nepalezen die zij tegenkomen, zijn bijzonder vriendelijk en behulpzaam en verder delen zij de route met ezels en yaks. Aan het eind van een wandeldag verdwijnt de zon al snel achter de bergen en wordt het koud. Nienke: ‘Na het eten, dat veel van hetzelfde was, dachten wij in de theehuizen spelletjes te gaan doen om de avond door te komen. Nou, wij hebben in die twee weken één avond geklaverjast. Het was ’s avonds zó koud, tot vijftien graden onder nul, dat wij om 19.30 uur al onder de dekens lagen, ondanks het kacheltje dat gestookt werd met yakpoep’. 

Helivlucht
Na een aantal aanloopdagen en gewenning aan de hoogte, verbleef de groep vijf dagen boven 4.000 meter, waarvan de laatste nacht boven 5.000 meter. Christel: ‘Die hoogte kun je echt goed merken, zeker als je uit Nederland komt. Je slaapt niet meer goed, krijgt hoofdpijn en hebt weinig eetlust’. ‘Ook is de omgeving hier heel erg desolaat en de voorzieningen zijn bijzonder sober’, vult Ellen aan. Na acht dagen was het zover, de groep bereikte het basiskamp. Nienke: ‘Voor ons was dit het eindpunt op 5.384 meter. De echte bergklimmers gaan vanaf hier verder naar de top van de Mount Everest. Dan moeten zij eerst de Khumbu-ijsval passeren. Daar gebeuren veel ongelukken door lawines en vallend ijs’.

De laatste ochtend beklommen Annelieke en Nienke nog een extra top om de zon te zien opkomen achter de Mount Everest. Nienke: ‘Die dag stonden wij om half vier op, het vroor meer dan twintig graden en de berg die wij hiervoor op moesten klimmen was enorm stijl, maar dit was zo gaaf. Wat een schitterende omgeving’. Als afsluiting van deze bijzondere trip beleeft de groep nog een hoogtepunt. Zij reizen terug naar Kathmandu per helikopter. Een vlucht van ruim drie kwartier door de Himalaya met prachtige uitzichten. Een geweldig einde van een waanzinnig avontuur. 

Deze tweede reis smaakt naar nog veel meer. Over twee of drie jaar willen zij weer een nieuw avontuur aangaan. Gaan Annelieke, Christel, Corine, Ellen, Floor, Nienke en Suzanne naar de Aconcagua in Argentinië? Of naar de koudste berg in Alaska, de Mount McKinley? Een trektocht van West- naar Oost-Groenland? Zij weten het nog niet. In ieder geval blijven zij trainen met een mooie reis in het verschiet.