
De geschiedenis van oud Maartensdijk - lezing 1 november
AlgemeenAan het eerste nummer van St. Maerten (tijdschrift van Historische Vereniging Maartensdijk) in december 1988 levert historicus Anne Doedens een bijdrage onder de intrigerende titel ‘Dorpen met geschiedenis in gemeente zonder verleden’:
‘De fietser van Groenekan naar Maartensdijk die even voorbij Persyn om zich heen kijkt ziet aan de oostzijde een spoorweg en een autobaan van 20ste eeuwse makelij. Naar het noorden en zuiden toe kan hij de laat-negentiende eeuwse forensendorpen Hollandsche Rading en Groenekan vermoeden. Zichtbaarder zijn historische verschijnselen van aanmerkelijk ouder datum. Het veendorp Westbroek en de boerenbuurt Achttienhoven liggen in het zuidwesten. Het torentje van Maartensdijk is in het noordoosten te zien. Aan de westkant ligt de immense vrije ruimte van weilanden zover het oog kan zien. Ook deze zijn mensenwerk, op de wildernis veroverd vijf eeuwen geleden of meer’.
Verleden
‘In het geografische hart van de gemeente Maartensdijk staand - op een plek zonder bebouwing - wordt men geconfronteerd met grote verschillen. Dat kan ook niet anders, want onze gemeente is historisch gezien een willekeurige samenvoeging van kernen en gebieden die ieder hun eigen ontwikkeling en belang hadden. Maartensdijk bestaat in zijn huidige vorm pas sedert 1957. Tegen de achtergrond van acht eeuwen ontginningsgeschiedenis van de streek kunnen we spreken van een gemeente zonder verleden. In dat verleden lagen de dorpen, die samen de geschiedenis van onze gemeente vormen, trouwens voor de inwoners te vèr van elkaar om een gevoel van nauwe wederzijdse betrokkenheid te kunnen veronderstellen. Maartensdijk bijvoorbeeld lag volgens een plaatsbeschrijving uit het midden der achttiende eeuw een uur gaans van Westbroek verwijderd’.
Geschiedenis
‘Invloeden van buitenaf en de reactie van binnenuit Het waren invloeden van buitenaf die tot de vorming leidden van het huidige, zo willekeurig ontstane bestuurlijke conglomeraat Maartensdijk. Men denke aan de annexatiedrift van de stad Utrecht sedert 1911. Die leidde tot de inlijving van een groot stuk van de gemeente in 1954. De in 1957 plaatsvindende annexatie van Westbroek door Maartensdijk kwam hier uit voort: deze was nodig om de gemeente ‘levensvatbaar’ te houden. De ontstaansgronden van deze bestuurlijke eenheid Maartensdijk verschillen wel erg van de historische processen die de woonkernen van de gemeente deden ontstaan. Die woonkernen hadden een geschiedenis, een verleden waar men bewust rekening mee had te houden om als individu te kunnen overleven. Op de uitdaging en druk van buitenaf gaven deze dorpen hun eigen antwoord. Om de geschiedenis van een dorp, streek of land beter te begrijpen, kan men deze uitstekend in het kader van ‘Uitdaging en Antwoord’ plaatsen’.
Heden
Anne Doedens uit Maartensdijk is historicus, specialist 17e eeuw en onder andere initiator van het Online Museum De Bilt. Hij schreef meerdere boeken over de maritieme geschiedenis van Nederland. Dit jaar verscheen van hem ‘Moord en brand op het platteland. De dorpen van De Bilt en de Vechtstreek in 1672-1673’. Op het onlinemuseum vindt u van zijn hand onder meer: Spionnen in het veen. In het tijdschrift St. Maerten van de Historische Vereniging Maartensdijk is zijn laatste bijdrage (Het Huis van kolonel d’Aquila verwoest.) te lezen.
Op 1 november om 20.00 uur - meer dan 30 jaar later - begint een gratis toegankelijke lezing door Anne Doedens in de Ontmoetingskerk in Maartensdijk. De inloop is vanaf 19.30 uur waar de koffie of thee voor de bezoeker wordt ingeschonken. Onderwerp van deze lezing is de noodzaak van bronnenonderzoek. Anne Doedens zal dat illustreren met twee voorbeelden: Een landelijk voorbeeld over Spionnen in het Rampjaar en een regionaal voorbeeld over nieuwe archiefvondsten. Het betoog mondt uit in een spannende vraag: ’is een herschreven geschiedenis van de vier kernen nodig?’
[door Henk van de Bunt]
