Afbeelding

Op ‘t bankje

Algemeen

Het is de dag voor Hemelvaartsdag en wisselend lenteweer. De man die al een tijdje naast me zit geniet zwijgend van de rust. Ik heb ook niet veel zin om een gesprek te beginnen en zo zitten we zeker een kwartier naast elkaar zonder een woord te zeggen. De rust wordt verstoord als er een vrouw bij komt zitten en ons luidruchtig begroet. ‘Lekker rustig hier hè’, zegt ze overbodig, want vinden wij natuurlijk ook wel. Voor de man is de aardigheid er meteen af. Hij kijkt op zijn horloge om aan te geven dat hij er vandoor wil gaan en stapt op. ‘Prettige dag morgen’, zegt hij nog. ‘U ook een prettige hemelvaart’, antwoord ik. Meteen realiseer ik me wat ik gezegd heb en kan een glimlach niet onderdrukken. De man is al weg dus zal het wel niet tot hem doorgedrongen zijn, maar iemand een prettige hemelvaart wensen klinkt toch wel een beetje cru. ‘Binnenpretjes’, vraagt de vrouw en kijkt me onderzoekend aan. Ik vertel haar dat ik de man zojuist een prettige hemelvaart gewenst heb, maar dat hij daar zo te zien nog niet aan toe is. ‘Het ís morgen toch Hemelvaartsdag’, zegt ze me verbaasd aankijkend. Het is duidelijk dat het grapje bij haar niet is aangekomen, dus laat ik het er maar bij. We zijn nu eenmaal een volk van prettige dagen en tussen prettig weekend, prettige verjaardag, prettige kerstdagen en prettige Koningsdag valt die prettige hemelvaart niet eens op, in ieder geval niet bij deze vrouw. Het wordt mij al gauw duidelijk dat zij aan iemand kwijt moet wat ze op deze vrije dag gaat doen. ‘We hebben pas een camper gekocht en morgen gaan we voor het eerst met de jongens naar een camping op de Veluwe met een mooie speeltuin erbij. Met de vrijdag erbij hebben we een lekker lang weekend. De jongens zijn zeven en negen en vinden het fantastisch. Ze hebben crossfietsjes die meegaan en ze kunnen daar crossen op een crossbaan. Twee jaar geleden zijn we op Hemelvaartsdag met de auto naar de Efteling geweest en dat vonden ze ook heel leuk, maar met de camper vinden ze helemaal het einde. Toen was het heel druk en we hebben ik weet niet hoe lang in een file gestaan, maar ik hou wel van die drukte’, zegt ze. Gelukkig zijn we niet allemaal hetzelfde, denk ik. ‘Maar het is toch wel een beetje zonde van de tijd als je een groot deel van de dag in de file staat’, zeg ik, maar daar blijkt het gezin van de vrouw niet mee te zitten. ‘Wij hebben daar geen enkele moeite mee. De kinderen nemen spelletjes mee en wij kijken naar mooie auto’s en andere mensen in file. We lachen ons soms een ongeluk.’ Ik weet niet wat ik hoor. ‘Ik maak liever een mooie boswandeling’, kan ik niet nalaten te zeggen. ‘Daar krijg je bij ons de handen niet voor op elkaar’, zegt ze lachend. ‘Wij houden erg van gezelligheid. In de zomervakantie gaan we met mijn broer en zijn gezin naar een camping in Frankrijk. Hij heeft al langer een camper en door hem zijn we enthousiast geworden. Wij gaan al jaren met elkaar op vakantie en tot nu toe zaten wij in een tent en zij in hun camper. Ik moet nu nog wat spullen kopen voor deze paar dagen en ik verheug me nu al.’ Omdat ik gemerkt had dat ze geen bijgedachte bij prettige hemelvaart had, wens ik die haar ook maar en daar is ze zo te zien nog blij mee ook. 

Maerten