Afbeelding

Geknipt en geschoren

Algemeen

De lange rij knotwilgen langs het fietspad werd nog onlangs ontdaan van zijn takken. Geknipt en geschoren gaan de bomen de zomer in. Geknotte wilgen, in lange linten langs de paden en waterwegen van het polderland typeren het Hollandse landschap.

Als ze de kans krijgen kunnen wilgen wel 28 meter hoog worden, maar het zachte hout is niet sterk en takken scheuren makkelijk af. Sinds mensenheugenis worden wilgen geknot en de takken omgevormd tot gebruiksvoorwerpen. Uit dikke takken worden wel klompen of gereedschapsstelen gesneden, langs de dunnere slieten groeien bonen in de groentetuin. 

De jonge scheuten zijn zeer buigzaam en geschikt om manden van te vlechten. Maar ook ontdekte men duizenden jaren geleden al dat het salicylzuur uit het blad van de wilg (salix) wonderwel hielp tegen koorts en gewrichtspijn. Ook dieren weten deze natuurlijke pijnstiller te vinden. Vanuit deze vondst wordt op chemische wijze acetylsalicylzuur, ofwel asperine gemaakt.

Het hout van de knot rot gemakkelijk in en vormt zodoende een ideale voedingsbodem voor allerlei zaden. Na verloop van tijd ontkiemen daar mossen, varens, vlier, fluitenkruid of bloeit de paardenbloem. De holtes in het zachte hout vormen een ideale schuilplaats. Uilen, muizen en marters maken er hun nest. Mieren, kevers, salamanders en padden huizen tussen de wortels. Diverse vogels bouwen graag een nest tussen de takken. Terwijl talloze insecten zich voeden met de eiwitten en suikers uit de bloemen, broeden eenden hun eieren uit in de knot. De wonderlijke bomenrijen tjokvol biodiversiteit bieden beschutting en schaduw. Bovendien houden ze fietsers uit de wind. 

(Karien Scholten)

In haiku:
Verbindingswegen
Voor biodiversiteit
Heilzaam onderdak