Afbeelding

Op ’t bankje

Algemeen

‘Ik kom hier vandaan hoor’, zegt de jongeman die bij me is komen zitten. Ik kijk hem verbaasd en vragend aan. ‘Waarom zeg je dat’, vraag ik. Hij heeft een wat donkere huidskleur, maar dat is in dit land geen bijzonderheid. Kennelijk ziet hij ook in dat het een rare opmerking is. ‘Sorry hoor, maar net vroeg een vrouw me of ik wist waar een drogisterij was. Dat wist ik dus legde ik uit hoe ze daar het beste kon komen. Waar kom je oorspronkelijk vandaan’, vroeg ze toen. ‘Je spreekt zo goed Nederlands. Ik ben hier nota bene geboren en getogen. Ik heb alleen een Surinaamse oma en daar heb ik het kleurtje van. Als je geen blonde haren en blauwe ogen hebt vinden sommige mensen dat je ergens anders vandaan moet komen. Ik heb mijn schouders maar opgehaald en ben doorgelopen.’ Ik schrik er een beetje van en weet eigenlijk ook niet wat ik erop moet zeggen. Natuurlijk kan ik zeggen dat niet iedereen zo denkt, maar ik besef dat het zijn ervaring is. Daarom zeg ik maar dat ik het jammer vind dat er van die kortzichtige mensen zijn. Even is het stil, maar dan verschijnt er weer een glimlach op het gezicht van de jongen. ‘Ach, laat maar. Ik moest het gewoon even kwijt en eigenlijk gebeurt dit nooit, maar als je dan zoiets overkomt stoort het wel. Mijn oma vertelt nog wel eens over de tijd dat ze naar Nederland kwam. Toen vond ze de mensen veel aardiger en ze vertelt nog altijd trots dat de Hollandse jongens in de rij voor haar stonden. Mijn opa heeft gewonnen. Hij is een stoere Fries en ze zijn nog steeds dol op elkaar. Ik kijk nog graag in haar fotoalbums en ze zag er heel mooi uit. Nog steeds trouwens. De trouwfoto’s vind ik altijd het leukste. Volgende week is ze jarig en ik weet zeker dat ze nu al aan het koken is, want als oma of opa jarig is komt iedereen lekker bij ze eten.’ Zijn gezicht straalt alweer, zeker door de gedachte aan het lekkere eten. ‘Wat eten betreft zou ik natuurlijk wel ergens anders vandaan kunnen komen en had die vrouw toch nog een terechte vraag’, zegt hij zijn prachtige witte tanden bloot lachend. Als ik vertel dat ik een andere pot dan de Hollandse ook weet te waarderen gaat het gesprek al gauw over allerlei gerechten. ‘Als ik een keer Surinaams wil eten bel ik oma om een recept. Ze zegt dan meestal dat ik maar even langs moet komen om me te laten zien hoe het klaargemaakt moet worden. In negen van de tien gevallen heeft ze het dan al voor me klaargemaakt. Mijn opa vindt het ook allemaal even lekker. Ze zijn al vaak samen in Suriname geweest en hij vindt het daar prachtig, maar wat wil je, hij wordt door alle tantes verschrikkelijk verwend.’ De jongen vertelt dat hij een paar keer met ze mee geweest is en de verwennerij van de tantes ook heeft ondergaan. Hij zegt dat hij de tantes wanneer ze met vakantie hier komen altijd overal mee naar toeneemt. Als mijn vader het dan wil doen zeggen ze dat ze liever met mij gaan. We hebben dan altijd heel veel lol.’ Enthousiast vertelt over de keer dat hij met ze naar de Tilburgse kermis is geweest. ‘Ze wilden in alle snelle toestellen. Als ik met ze app hebben ze het er nog altijd over. Maar nu moet ik er vandoor anders kom ik te laat op mijn werk’, en weg is ie.

Maerten