Van het Emmaplein naar de Julianalaan
AlgemeenBilthoven-Centrum is bijna klaar voor de toekomst. De officiële opening van het nieuwe centrum wordt binnen korte tijd verwacht. Tot dan wordt de laatste hand gelegd aan de volledige herinrichting van Vinkenplein en Vinkenlaan. Ook de Julianalaan is in de laatste jaren op de schop gegaan.
Waar deed Bilthoven boodschappen, ver voordat de Kwinkelier werd geopend en de groenteboer en de slager nog waren gevestigd naast de kruidenier? Het Online Museum - in de persoon van redacteur Veroniek Clerx - zoekt de weg terug en werkt aan een rondleiding. Deze keer aandacht voor het Emmaplein en de Julianalaan, dat zich na de oorlogsjaren in de vorige eeuw met de Vinkenlaan ontwikkelde tot een middenstandskwartier.
Visgerei
In 1975 kwamen Jan en Mia Nieberg met hun beide kinderen naar Bilthoven. Ze namen op het adres Emmaplein 3-7 het warenhuis van de firma Dijkman over. Jan (’38) en Mia (’42) waren als piepjonge Amsterdammers in Weesp een bloemenwinkel gestart. Jan was bloemist van origine en Mia had de kweekschool voor de detailhandel gevolgd. Naast bloemen en planten verkochten ze er visgerei, dierbenodigdheden en tuingereedschap. Omdat Weesp geen vervolgopleiding voor de kinderen bood, begonnen ze uit te zien naar een andere winkellocatie. Een vertegenwoordiger van de handelsonderneming Heybroek zette hen op het spoor naar Bilthoven.
Boottocht
De firma Dijkman (Elektra, Radio, Sanitair, Huishoudelijke Artikelen en IJzerwaren) zocht opvolgers. Dat werden Jan en Mia Nieberg, die het assortiment aanpasten. Huishoudelijk en IJzerwaren werden aangevuld met een sleutelmakerij, rookwaren, gloeilampen, tuingereedschap en grasmaaiers. Net als Dijkman vóór hen werden de Niebergs verkoopvertegenwoordiger van handelsonderneming Heybroek, die was gevestigd aan de andere kant van het spoor. Hun sigarettenautomaat stond bij café-restaurant De Schouw, de buren links, in de zaak. Mia: ‘De gloeilampen kwamen van Philips en wij hadden uitstekende verkoopcijfers. Zo goed dat we samen met andere topverkopers in het land een busreis naar Londen kregen aangeboden, met alles erop en eraan: een hotel, een show en een boottocht op de Theems’.
Grasmaaijer
Het gezin vestigde zich in 1976 als een van de eersten aan de nieuwgebouwde Rogier van der Weijdenlaan. Hun zoon en dochter konden direct beginnen op de Van Dijckschool. Zoon ging in de buurt op voetbal, bij FAK (Flinke Aanpak Kameraden). De club lag vlak achter Inventum. Dochter zocht het liever in paarden. Zij meldde zich bij manege de Paddock. Jan: ‘Als de kinderen ’s middags uit school kwamen dan gingen wij ook naar huis om te eten. Aanvankelijk konden we de uitstalling gewoon op straat laten staan. Maar op een gegeven moment werd er een grasmaaier gestolen tijdens onze afwezigheid. Vanaf dat moment bleef er altijd één van ons in de winkel.
Hema en Blokker
Begin jaren ’80 kwam er concurrentie van Hema en Blokker. Dat waren landelijke ketens in huishoudelijke artikelen. De zaken gingen achteruit, ook al omdat de firma Heybroek stopte met de financiering van de zaak. Jan en Mia gaven de winkel aan de Emmaplein op, om naar de Julianalaan 8 te verhuizen, de rechterzijde van het voormalige pension Ravenhorst. De familie Klapwijk - Ravenhorst was daar juist gestopt met de speelgoedwinkel. De Niebergs werden zodoende de buren van kruidenier IJff, die in het rechterdeel zijn winkel had. Heel rouwig waren ze niet om de verandering, want hun nieuwe verkooplocatie midden in het centrum, vonden ze veel gezelliger. Het Emmaplein, aan de andere kant van de weg, was ver weg geweest voor de klanten, nog afgezien van de voortdurende verstoring door de spoorbomen.
Jan en Mia stortten zich in het verenigingsleven. Naast de winkeliersvereniging waren ze trouwe aanhangers van het plaatselijke carnaval. ‘In die tijd had je behalve de Weergodden ook de Club van 111. Onze zoon was lid van het jeugdcarnaval. Als winkeliers maakten we praalwagens voor de optocht en die van ons heeft vaker de eerste prijs gewonnen’, vertelt Mia terwijl ze trots de foto’s laat zien van hun ‘aangeklede’ rode stationwagen met aanhanger.
Inbraak
Mia: ‘Aan de Julianalaan hadden we ook weer rookwaren en een messenkast. Die trokken nogal de belangstelling. Soms was die aandacht niet zo aangenaam; er is verschillende keren bij ons ingebroken. Op een goed moment werden de beveiligingseisen en de verzekeringskosten voor ons niet meer te dragen. Jan: ‘In 2000 zijn we gestopt vanwege mijn gezondheid. We zijn 25 jaar winkeliers geweest in Bilthoven, met niks begonnen en met niks geëindigd. Maar we hebben wel veel gelachen en als ik nu door dorp loop word ik nog vaak door de mensen herkend’.