In haiku:
Samen onderweg 
Oud en nieuw, een rollenspel
Alles relatief
In haiku: Samen onderweg Oud en nieuw, een rollenspel Alles relatief

Oud en nieuw

Algemeen

Vrolijk huppelt ze naast me over het snipperpad van het moerasbos. Ik laat me meevoeren door het kleine meisje, waarin ik mezelf af en toe nog zo goed herken. Oud en nieuw. Zij wijst me op de paddenstoelen langs het pad; glanzende oranje met witte franje, fragiele grijze en bruine op dunne steeltjes. De bruine paddenstoeltjes vallen niet op tussen het afgevallen blad, zijn zowat onzichtbaar. Ze lijken op fopzwammen. “Straks goed je handen wassen oma, want paddenstoelen zijn vergiftig”, drukt ze me op het hart. In die waarschuwing draait ze ineens de rollen om; zij oud en ik nieuw.

Vanuit het bos lopen we de weidsheid van de polder in en stoppen bij het aardkundig monument. De plaquette vertelt over de Westbroekse zodden met een geschiedenis van petgaten, legakkers, moerasbossen en trilvenen. Over zeldzame planten, turf steken lang geleden tot het huidige afgraven om ‘nieuw leven in het veen’ te brengen. Mijn jonge reisgenote springt op de stalen plaat met afbeelding van de zodden. Hij veert en doet haar geloven dat ze over trilveen loopt. De oude veenarbeider van staal kijkt toe. Oud en nieuw.

Over de slechte arbeidsomstandigheden en de ontluisterende armoede van de turfstekers wordt hier niet gerept. Geschiedenissen van toen, zij maakt er haar eigen verhaal van.

(Karien Scholten)