Jan Brouwer woonde op de hoek van de Soestdijkseweg Zuid en de Holle Bilt. (foto Jan Brouwer).
Jan Brouwer woonde op de hoek van de Soestdijkseweg Zuid en de Holle Bilt. (foto Jan Brouwer).

Verder over de Baronbrug

Algemeen

door Henk van de Bunt

‘Wat een bemoedigend artikel in uw krant over het ijzeren bruggetje van landgoed Houdringe; zo reageerde Harry van de Kuil op het artikel over de restauratie van de zgn. ‘Baronbrug’. En hij was niet de enige; ook Sicco Röder reageerde ‘met veel genoegen’. 

Met Harry en Els van de Kuil en Jan Brouwer gingen we daadwerkelijk terug naar begin vijftiger jaren van de vorige eeuw: ‘We hebben er fijne herinneringen aan. Het was een hele andere tijd en heel stil in het bos. Je hoorde de vogels en in hoofdzaak de specht en de koekoek’. 

Harry vertelt verder: ‘In die tijd zagen we, dat een huisknecht in zwarte broek en rood-wit gestreept jasje de brug van de ketting haalde en over de Houdringsevaart draaide. Hij lag tegen de kant van het landgoed. De schuiten bij de loswal konden er dan prima langs. Er staan nog wat oude houten palen van, buiten het stenen draaihoofd’.

Dolk
‘Wij gingen met de kleuterschool (van juffrouw Dolk) eens per jaar naar het landgoed. We zaten dan in het weiland aan de Holle Bilt onder de grote eikenboom, die er nog staat. Wij liepen dan vanaf de school aan de Burgemeester de Withstraat, langs bakkerij Molenbeek en o.a. slagerij Blonk, over de destijds nog aanwezige brug over de vaart, naar de Holle Bilt, toen nog Utrechtseweg geheten. Het ingangshek is er nog, maar het oorspronkelijke laantje, met aan beide zijden een meidoornhaag, is er niet meer. Zo gingen we door dat laantje met aan het einde een ingang naar links het weiland in. We kregen dan van de dienstmeisjes chocolademelk en iets lekkers. Als alles uitgedeeld was kwamen de Barones en de Baron van Boetzelaer er ook bij. Wij speelden en wandelden heel veel in het bos; we zochten makkejannen (echt Stichts dialect voor tamme kastanjes) bij de tennisbaan of aten een Arabische knol (grote radijsachtige), die we uit het bouwland trokken’.

Bruggetje.
‘Ik weet dus nog dat het baronbruggetje voor het laatst gerepareerd is door Klarenbeek, de Smit van de Hessenweg in De Bilt. Vroeger werd de vaart uitgebaggerd. Hij liep rond de buitenplaats. Ik heb daar op de vaart leren schaatsen. Het mooiste en breedste ijs was vanaf de Looydijk tot de ingangsbrug met klok-bel voor het huis en na de brug tot voorbij de tennisbaan. De vaart kwam vanaf de Biltse Grift; waar nu het fietspad is, vanaf de kruising vanaf de Holle Bilt, stroomde hij rechtdoor langs de muur van de grote moestuin van Houdringe’.

Noodlanding
Jan Brouwer woonde op de hoek van de Soestdijkseweg Zuid en de Holle Bilt. Ook hij weet nog, dat in tijdens de oorlog een vliegtuig met zijn linkervleugel, bij een noodlandingspoging, de daar nu nog aanwezige rode beukenbomen aan de Holle Bilt raakte, linksom sloeg en in aantal woningen (15-21) aan de Soestdijkseweg terecht kwam.

In het weiland van Houdringe aan het einde van de Looydijk, stond precies in het verlengde daarvan ooit de ‘dikste’ boom van Nederland. In de Telegraaf van 27 juni 1933 wordt deze eeuwenoude reus op het landgoed Houdringe in De Bilt omschreven: ‘In een aan het landgoed grenzende weide, waar de merries met haar dartele veulentjes de vreugde van den zomer genieten, rijst een machtige Canadeesche populier omhoog, 48 meter lang met een vlucht (spanwijdte) van 35 meter. Dit is - de gegevens zijn betrouwbaar - werkelijk de aller dikste boom van ons land. Naar schatting, moet hij reeds den hoogen leeftijd van drie honderd jaar hebben bereikt. De boom werd door de aanwezige natuurvrienden gemeten. Nadat de duimstok langs het touw gelegd was, dat op borsthoogte den boom had omspannen. bleek dat de omvang van den Canadeeschen populier zeven meter is’. 

Meerstammig
Het planten van speciaal meerstammig geselecteerde, van samengestelde bomen en van bomen van zeer dicht opeen was een gebruikelijke praktijk. Bijna alle 19de eeuwse parken kennen die bomen; bijna alle landschapsarchitecten hebben ze laten planten. Velen zijn verdwenen omdat er delen afbraken of voor holle gevaarlijke boom werden versleten. Het planten van samengestelde bomen en boomboeketten is volgens experts nodig voor de instandhouding van groen erfgoed. Bij Houdringe staan op meerdere plaatsen rijtjes beuken en eiken, die telkens samen leken te zijn opgegroeid. Het is bekend van boswachters dat het soms heel normaal was meerdere bomen in één plantgat te zetten. Bij de baronbrug aan weerzijden ervan vindt men twee boomgroepen als hakhout. 

Baronbrug
Met veel genoegen las Sicco Röling het artikel van 17 juni ‘over het bruggetje aan de Vissersteeg. Als geboren Bilthovenaar heb ik heel veel stappen liggen in het Houdringebos. Nooit heb ik op enig moment stilgestaan bij de geschiedenis van deze brug, nota bene een draaibrug. Veel ouderen hebben vaak moeite met het gemak waarmee afstand wordt gedaan van verwaarloosde, lokale monumenten; dit was bijvoorbeeld het geval bij de sloop van de Melchiorbank. Het is daarom extra te prijzen, dat plotsklaps een op het eerste gezicht weinig opvallend bruggetje de volle aandacht krijgt. En… in oude glorie wordt gerestaureerd. Hulde.’

Jan Brouwer (links) en Harry van de Kuil langs de Holle Bilt; achtergrond Houdringe en rechts de drie rode beukenbomen.
Harry van de Kuil ging met de kleuterschool (van juffrouw Dolk) eens per jaar naar het landgoed naar het weiland aan de Holle Bilt onder de grote eikenboom.
De Vierstammige beuk bij de noordzijde van de baronbrug.
Die aan de zuidzijde van de baronbrug weet helemaal van wanten.