Voorblad van het ‘Verslag van het Geneeskundig Staatstoezicht’ uit 1874.
Voorblad van het ‘Verslag van het Geneeskundig Staatstoezicht’ uit 1874. Foto: Picasa

Ziekmakende toestanden in Maartensdijk

Algemeen

‘Het kon vroeger nog veel beroerder’. Geïnspireerd door de dingen van de dag componeerde Het Online Museum De Bilt iets over toestanden in ons land en Maartensdijk anderhalve eeuw geleden en plaatste dit op de site van een van de weinige musea die nog open zijn. Het gaat o.a. over ziekten in Maartensdijk anderhalve eeuw geleden

In 1865 werd door koning Willem III dit Geneeskundig Staatstoezigt ingevoerd, of liever, door het ministerie Thorbecke. Dit ‘toezigt‘ begon in 1866 te rapporteren. Er is veel in te vinden over ziekmakende toestanden in Maartensdijk.

Van de honderden gemeentes wordt er steeds een aantal gerapporteerd als ‘slecht voorbeeld‘, met open riolen en vuile sloten. Daaronder ook Maartensdijk. Onder de herhaaldelijk voor onhygiënische toestanden op het matje geroepen gemeenten komt Maartensdijk in de jaren 1866 tot 1883 acht maal voor. Typhus, cholera, kinkhoest en ziekten van de luchtwegen kwamen hier en in Achttienhoven en Westbroek relatief veel voor.

In de verslagen aan den Koning van de bevindingen en handelingen van het geneeskundig

staatstoezigt in enig jaar lezen wij:

1866: Te Maartensdijk werd het veelvuldig voorkomen van klierziekte opgemerkt, welke ziekte aldaar in de laatste jaren toegenomen schijnt te zijn.

1868: Achttienhoven en Westbroek. Deze gemeenten liggen grotendeels op een derrieveenachtigen grond, voor een klein deel op klei, boven A.P. Zij bevatten veenderijen en meer wei- dan bouwland. Vele woningen zijn niet zeer geschikt. Er wordt geen toezigt op de voedingsmiddelen gehouden dan alleen op brood. Het drinkwater is deels wel- deels slootwater. Er zijn geen riolen: de secreten staan meest op putten: sommige zijn slecht ingericht. Vooral te Westbroek zijn vele vuile slooten, groote mesthoopen - nabij de huizen en gebrekkige afvoer van water en vuil. De school staat vlak bij de kerk op een hellend terrein; het van de kerk afstroomende regenwater maakt de school vochtig. De afmetingen van het schoolgebouw zijn vrij voldoende, maar de plaatsing van deur, ramen en luchtgaten aan de zuidzijde geeft aanleiding tot veel ongerief. Het schoolbord is valsch verlicht en de kinderen moeten met den rug naar het licht gekeerd zitten en zich veelal half omdraaijen bij het lezen en schrijven. Een en ander heeft een nadeeligen invloed op hun gezigtsorganen en hunne houding.Tusschenpoozende koortsen zijn in die gemeenten niet zeldzaam.

1871: In december 1871 zonden de Gedeputeerde Staten van Utrecht een brief aan den adjunct-inspecteur om advies, (terzake van) eene aan dat Collegie ter goedkeuring aangeboden 'Verordening van gezondheidspolitie, den 24sten November 1871 vastgesteld door den gemeenteraad van Maartensdijk'. Daarin werd schriftelijk betoogd, dat nog het een en ander aan de voorschriften dier verordening ontbrak.

1872: Het nieuwe schoolgebouw te Blauwkapel, gemeente Maartensdijk, gaat aan hetzelfde euvel mank als dat te Oud-Loosdrecht (slechte ventilatie). Ook de privaten lieten te wenschen over. Aan het gemeentebestuur werd verbetering aanbevolen. Op den slechten toestand van het gebouw der openbare Lagere school te Maartensdijk was het gemeentebestuur meermalen gewezen, ook door het schooltoezigt. Aan den aandrang tot verbetering werd dit jaar gevolg gegeven.

1878: Te Maartensdijk bestaan op zeer korten afstand van de huizen menigvuldige vuile sloten, op wier reiniging en schouwing werd aangedrongen; het gemeentebestuur beloofde, dat zulks bij verordening zou worden geregeld.

1879: Het gemeentebestuur van Maartensdijk blijft nog steeds in gebreke de toegezegde verordening op reiniging en schouwing der slooten vast te stellen (zie verslag 1878, bladz. 241). Aldaar werd evenwel, toen in eene woning, waarbij de waterput en de mestvaalt naast elkander lagen, typhus ontstond, de mestvaalt op aandrang van het gemeentebestuur

opgeruimd.

(Extra invoeging: (1879) (gemeenteverslag) 'De toestand der behoeftige klasse in deze gemeente gaat meer achter- dan vooruit vanwege de natte zomer en het gebrek aan werk.'

1880: Niettegenstaande te Maartensdijk eene verordening, om het vervuilen van slooten tegen te gaan, bestaat, werden zij aldaar nog in menigte, zelfs in de kom der gemeente, als ware modderpoelen aangetroffen.

1880: Toen uit de sterftelijst aan den geneeskundigen inspecteur bleek, dat in eene woning te Achttienhoven drie kinderen aan kinkhoest waren overleden, werd het gemeentebestuur op de wenschelijkheid gewezen, om tegen de verspreiding dier ziekte maatregelen te nemen.

1880: De eenige openbare Nortonpomp te Maartensdijk, waar het drinkwater over het algemeen slecht is, werd door den inspectie defect aangetroffen. Met goed gevolg werd op eene spoedige herstelling aangedrongen. (Een nortonpomp is een diep geslagen buis waarmee water door druk tussen de aardlagen omhoog wordt geperst.)

1883: Te Maartensdijk werd op verzoek van den burgemeester een onderzoek ingesteld naar de reinheid, die zeer veel te wenschen overliet. Er zouden maatregelen genomen worden om de nabij woningen aanwezige varkenshokken, mestvaalten, stinkende slooten enz., te doen opruimen of reinigen. Verder zouden worden aangeschaft eenige ijzeren tonnen, eventueel te gebruiken in huizen, waarin choleralijders mochten voorkomen.

[HvdB, met dank aan het Online Museum De Bilt]

Penning uit 1866 geschonken door Willem III aan het Diakonessenziekenhuis in Utrecht. (foto beeldbank Utrechts Archief).