Esmee Aarsman van Kunst en Genoegen blaast het signaal Taptoe
Esmee Aarsman van Kunst en Genoegen blaast het signaal Taptoe

Japanse overgave in Bilthoven weer stijlvol herdacht

Algemeen

door Guus Geebel

Donderdag 15 augustus vond bij het oorlogsmonument naast gemeentehuis Jagtlust de 74ste herdenking van de capitulatie van Japan plaats. De capitulatie betekende in Nederlands-Indië dan wel het einde van de Tweede Wereldoorlog, maar de gevolgen van de Japanse bezetting laten tot op de dag van vandaag voor velen hun sporen nog na.

De muzikale omlijsting bij de herdenking werd verzorgd door het harmonieorkest Kunst en Genoegen uit Maartensdijk onder leiding van Frans de Graaf. Esmee Aarsman blies het signaal Taptoe. Rómulo Döderlein de Win van het herdenkingscomité heet de aanwezigen hartelijk welkom en prijst de ouderen die ondanks de slechte weersvoorspelling naar de herdenking zijn gekomen. Hij heeft een warm woord van welkom voor de Utrechtse commissaris van de Koning Hans Oosters, die de herdenking voor het eerst bijwoont. Burgemeester Sjoerd Potters houdt een toespraak waarin hij de geschiedenis schetst die vooraf ging aan de inval van Japan in Nederlands-Indië. Een periode waarin Nederland in Japan een bevoorrechte positie had. De burgemeester wil het vooruitkijkend naar 75 jaar vrijheid volgend jaar hebben over het effect van een oorlog op jonge mensen. Die hebben nog een heel leven voor zich en vormen zich een idee over de rol die zij daarin willen hebben, maar zij hebben nauwelijks invloed op de systemen en beslissingen van volwassenen. 'Toch is er veel aan het veranderen.' Hij noemt het zelfbeschikkingsrecht van groot belang. 'We leven in een wereld waarin we dat steeds meer gaan beseffen. Het is steeds meer te zien bij ontwikkelingen in het onderwijs, in de zorg en binnen bedrijven en organisaties.' Hij vindt een verlaging van het actieve kiesrecht naar 16 jaar daarbij passen. 'In elke oorlog vallen slachtoffers. Wij herdenken deze slachtoffers maar we kijken ook met vertrouwen naar de toekomst.'    

Anak Medan
'Herdenken is meer dan begrijpen hoe het toen ging, maar vooral doordenken hoe wij een oorlog kunnen blijven voorkomen.' Met deze woorden eindigt Richard van Staa zijn verhaal over de oorlog in Nederlands-Indië. Van Staa is geboren in Medan op Sumatra en was zes jaar toen de Volkenbond in 1933 Japan veroordeelde voor de bezetting van Mantsjoerije. De Japanners voerden bloedige overvallen uit in plaatsen aan de Chinese kust en gebruikten daarbij dodelijke virussen die op dieren en gevangenen werden getest. Na een gelukkige kindertijd veranderde de toekomst van Richard van Staa rigoureus. Hij vertelt over de gebeurtenissen die plaatsvonden nadat in januari 1942 tegen een overmacht van Japanners gevochten moest worden. 'Die begingen veel oorlogsmisdaden. Onze strijd tegen de Japanners duurde twee maanden.'

Bevrijding
'Na onze overgave werden militairen en stadswachten het eerst geïnterneerd. Daarna de Nederlandse en Indo mannen. Tenslotte werd in de wijken de locatie van vrouwenkampen vastgelegd.' Van Staa was 14 jaar toen hij met zijn moeder naar  het Tjihapit vrouwenkamp ging. Na vier maanden moest hij naar het Banka jongenskamp en daarna naar andere kampen. 'Het kamp Tjimahi werd de zwaarste periode door wandluizen en ander ongedierte.' Richard van Staa werd ernstig ziek maar kreeg pillen van een verpleger. Hij gaf zich in 1944 op voor een spoorwegcorvee op Sumatra waar hij maandenlang goed eten kreeg, maar 's nachts belegerd werd door hongerige wandluizen. 'Wij die overleefden zijn gered door de atoombom, maar het werd geen bevrijding, wel een bersiap. Toen kregen wij helden als Jack Boer, die bijna 2.500 mensen de dag voor hun geplande dood uit de gevangenis heeft bevrijd.'

Kranslegging
Commissaris van de Koning Hans Oosters legt namens de provincie Utrecht de eerste krans bij het monument. Vervolgens leggen burgemeester Sjoerd Potters en wethouder André Landwehr namens het gemeentebestuur een krans, gevolgd door Richard van Staa en zijn vrouw. Twee leden van de Bond van Wapenbroeders leggen de volgende krans en tenslotte een afvaardiging van The Indo Project USA. Na het Taptoesignaal en twee minuten stilte speelt Kunst en Genoegen twee coupletten van het Wilhelmus. Daarna gaat de halfstok hangende vlag in top. Vierenzeventig aanwezigen plaatsen dan een rode roos in vazen bij het monument. Voor elk naoorlogs jaar één. Als vertegenwoordiger van de derde generatie plaatst de vijfenhalfjarige Jasmijn van Dijk er een witte roos tussen, als symbool voor de toekomst en de hoop. Sera de Groot van het herdenkingscomité dankt alle aanwezigen. Dan begint het defilé langs het monument. Traditioneel wordt de herdenking afgesloten met koffie, thee en spekkoek.

Richard van Staa houdt zijn verhaal.
De Utrechtse commissaris van de Koning Hans Oosters.
De vijfenhalfjarige Jasmijn van Dijk van de derde generatie plaatst een witte roos tussen de rode rozen.
Bij aanvang van de herdenking hangt de Nederlandse driekleur halfstok
Burgemeester Sjoerd Potters tijdens zijn toespraak.