Marijke Groenendaal brengt Schubert ten gehore in de Schutsmantel.
Marijke Groenendaal brengt Schubert ten gehore in de Schutsmantel.

Muziek laat je even je zorgen vergeten…

Algemeen

'Niemand begrijpt het leed van de ander, noch diens geluk. We denken elkaar te kunnen bereiken, maar in werkelijkheid gaan we slechts langs elkaar heen'. Dat schreef Franz Schubert, de geniale romantische liedcomponist, in zijn dagboek op 27 maart 1824, slechts 4 jaar voor zijn doodsstrijd die zijn droevige leven beëindigde: altijd miskend en onbegrepen, altijd ongelukkig in de liefde, altijd in ziekte en armoe en uiteindelijk, als 30-jarige, gestorven aan de tyfus, een oeuvre nalatend dat zijn weerga niet kent.

De kern van dat oeuvre zijn de 625 liederen voor zangstem en piano, waarvan zangeres Marijke Groenendaal er met haar aangename sopraan er afgelopen zondagmiddag enkele voordroeg in de Schutsmantel, daarbij begeleid door de accuraat maar wat bedeesd spelende pianist Jacob Engel, die eerder een Mozart-achtige stijl liet horen dan de onstuimige romantiek van de jonge componist, die door het leven werd vermalen.

De interpretatie van Groenendaal kenmerkt zich door een prachtige dictie, voortreffelijk Duits en mooie, vloeiende, subtiele lijnen, die soms nog wat meer kleuren en contrasten mogen hebben. Haar presentatie is vlot en toegankelijk, en getuigt van een uitstekend tekstbegrip, dat ook uit de beide openings-Ständchen (serenade) bleek: de geliefde op afstand werd ontroerend toegezongen: kom, geliefde, kom terug naar hoe het eens was…

Hoogtepunt was ongetwijfeld het indrukwekkende lied uit Rosamunde, waarin de overleden beminde zo gemist wordt: 'Der Vollmond strahlt auf Bergeshöh'n, Wie hab' ich dich vermißt.' Bijna beeldend was de verschijning van de geliefde met de woorden: 'Im Leben fern, im Tode dein. Und sanft brach Herz an Herz.' Of, zoals de zangeres het uitlegde: muziek laat je even je zorgen vergeten.         (Peter Schlamilch)