Fernando Lameirinhas, zorgt voor zwoele Latijns-Amerikaanse sferen.
Fernando Lameirinhas, zorgt voor zwoele Latijns-Amerikaanse sferen.

Het noodlot vertaald in muziek

Algemeen

'Als ik zing, luister ik naar mezelf, en als ik naar mezelf luister moet ik huilen'. Zo doorvoelde Amália Rodrigues, een van de belangrijkste fadozangeressen in de geschiedenis 'haar' fado, het levenslied dat een bijzondere plek inneemt in het leven van vele Portugezen.

De fado, afgeleid van 'fatum' (noodlot), geeft stem aan de gevoelens van het leven: verdriet, melancholie, blijheid, weemoed en 'saudade': onvertaalbaar Portugees voor verlies, gemis, afstand maar ook liefde. In een prachtig en indrukwekkend concert afgelopen zondagmiddag in Het Lichtruim, nam Fernando Lameirinhas, de gepassioneerde Portugese fadogrootheid, het publiek mee naar Cuba. Begeleid door zijn boezemvriend, de perfect spelende Argentijnse pianist Juan Pablo Dobal, zong hij over zijn impressies van een reis die hij daar maakte, maar door de ogen van een echte fadozanger, want, zo zegt hij zelf: 'Salsa kan ik niet'.

Naast de man met de gevoelige stem zaten verder diens broer Toni Lameirinhas, die op geweldige wijze de akoestische basgitaar bespeelde (waar hoor je die nog?) en de tweede stemmen toevoegde, en Udo Demandt, die met grote fijnzinnigheid zijn exotische percussie-instrumenten beroerde en er steeds nieuwe, passende klanken uit wist te toveren. Liefde, toewijding, fantasie en hartstocht: dit concert had het allemaal, samengebonden door de heerlijke, doorleefde stem van de oude meester.          (Peter Schlamilch)