Drieënzeventig aanwezigen plaatsen een rode roos in vazen bij het monument.
Drieënzeventig aanwezigen plaatsen een rode roos in vazen bij het monument.

Stijlvolle herdenking Japanse capitulatie in Bilthoven

Algemeen

door Guus Geebel

Woensdag 15 augustus vond bij het oorlogsmonument naast gemeentehuis Jagtlust de drieënzeventigste herdenking van de capitulatie van Japan plaats. De capitulatie betekende ook in Nederlands Indië het einde van de Tweede Wereldoorlog. Het harmonieorkest Kunst en Genoegen uit Maartensdijk verzorgde onder leiding van Frans de Graaf de muzikale omlijsting en Ton Lof blies het signaal Taptoe.

Rómulo Döderlein de Win van het herdenkingscomité heet de aanwezigen hartelijk welkom met een bijzonder woord van welkom voor de Utrechtse commissaris van de Koning Willibrord van Beek. Burgemeester Sjoerd Potters houdt een toespraak waarin hij terugblikt op mei 1945. Nederland was bevrijd, maar in Nederlands-Indië waar Japan in 1941 was binnengevallen duurde de oorlog nog tot 15 augustus 1945. Soekarno riep twee dagen later de onafhankelijkheid van Indonesië uit, die Nederland niet erkende. Er gingen 200.000 militairen naar Indië die dachten de bevolking te bevrijden, maar die kwamen terecht in een complexe oorlog. Ze kwamen verslagen terug en zwegen. Het thuisfront kon zich geen voorstelling maken van hun belevenissen. 'In de afgelopen tijd hebben de ministers Bot en Hennis erkend dat Nederland bij de politionele acties aan de verkeerde kant van de geschiedenis stond.' Potters noemt het pijnlijk voor de militairen die destijds, onder druk gezet door de regering, voor de goede zaak vochten. Hij stelt vast dat de herinneringen aan het oude Indië uitdoven. Binnen niet al te lange tijd zullen we het louter met archiefstukken en verhalen uit de tweede hand moeten doen.' In Nederlands-Indië waren in die tijd 6000 slachtoffers te betreuren. De burgemeester wenst dat de gebeurtenissen van toen ertoe bijdragen om op een andere manier naar de vele conflicten in de wereld te kijken. Hij noemt de oorlog in Syrië. 'Laten we dit moment ook gebruiken om stil te staan bij alle kinderen, vrouwen, ouderen en onschuldigen die ook op dit moment nog ernstig lijden.'

Herdenken en gedenken
De toespraak van de 90-jarige heer Harry Sesink Clee wordt uitgesproken door Rómulo Döderlein de Win. Het ervan thema is: 'Blijf altijd herdenken en gedenken'. Sesink Clee werd in 1927 geboren in Batavia. In zijn verhaal schetst hij de situatie van het moment van uitbreken van de oorlog daar in 1941 tot de capitulatie van Japan en de periode daarna. 'Op 8 maart 1942 moest Nederlands-Indië voor de enorme Japanse overmacht capituleren. Er werden 42.000 Nederlandse soldaten en zeevarenden krijgsgevangen gemaakt en in kampen ondergebracht. Daarop volgde de internering van 110.000 etnische Nederlanders in burgerkampen. Circa 200.000 Indische Nederlanders bleven buiten de kampen maar leefden in grote angst en in bittere armoede. Zij werden later de buitenkampers genoemd.' Harry Sesink Clee was één van de 110.000 Hollanders die achter het prikkeldraad werd gezet. 'Zelf heb ik de wrede Japanse Bezetting ook meegemaakt. Ik ken dus ook de vele verdrietige verhalen over angst en machteloosheid, honger en leed, die vrienden, familieleden en buren met tranen met elkaar hebben gedeeld. Deze verhalen, hebben mij altijd diep geschokt en mij in het hart geraakt.'

Verdriet
Na de capitulatie werden in de zogenaamde bersiaptijd nog honderden kampbewoners door jonge fanatieke onafhankelijkheidstrijders vermoord. 'In die periode zijn naar schatting 20.000 buitenkampers onder verdrietige en ellendige omstandigheden omgekomen.' In zijn verhaal gaat Sesink Clee ook in op de onrustige en onveilige situatie die ontstond nadat Soekarno de onafhankelijkheid had uitgeroepen. Velen vluchtten toen terug naar de kampen waar ze ironisch genoeg werden beschermd door Japanners. Het duurde ongeveer vijf maanden voordat ze door Britse militairen werden bevrijd en de repatriëring naar Nederland begon. Sesink Clee vertelt ook over de opvang in Nederland van de gerepatrieerden in contractpensions, de militairen van het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL) en de Molukkers, die de belofte hadden gekregen dat ze het Nederlandse leger zouden worden opgenomen. 'Als je herdenkt, dan heb je ook iets te zeggen en heb je ook iets over te dragen, en verzacht je het leed van vele verdrietige mensen.'

Kranslegging
Commissaris van de Koning Willibrord van Beek legt namens de provincie Utrecht de eerste krans bij het monument. Vervolgens leggen burgemeester Sjoerd Potters en partner Tony van Maanen namens het gemeentebestuur een krans, gevolgd door Harry Sesink Clee en Hans Klencke. Dan leggen leden van de Bond van Wapenbroeders bloemen. Na het Taptoesignaal en twee minuten stilte speelt Kunst en Genoegen het Wilhelmus. Daarna gaat de halfstok hangende vlag in top. Drieënzeventig aanwezigen plaatsen vervolgens een rode roos in vazen bij het monument. Voor elk naoorlogs jaar één. Als vertegenwoordiger van de vierde generatie plaatst de zevenjarige Lisa Meijer er een witte roos tussen, als symbool voor de toekomst en de hoop. Sera de Groot van het herdenkingscomité dankt alle aanwezigen. Dan begint het defilé langs het monument. Traditioneel wordt de herdenking afgesloten met koffie, thee, spekkoek en kue lapis.

Een grote opkomst bij de herdenking.
Harry Sesink Clee (links) en Hans Klencke.
De zevenjarige Lisa Meijer van de vierde generatie plaatste tussen de rode rozen een witte roos.
Burgemeester Sjoerd Potters tijdens zijn toespraak.