Op bezoek bij Oopjen en Marten

47 leden van de Historische Vereniging Maartensdijk (want de bus kon niet meer passagiers herbergen) begaven zich maandag 26 september opgewekt naar het Rijksmuseum in Amsterdam. Doel was de veelbesproken portretten van Oopjen Coppit en Marten Soolmans, door Rembrandt in 1634 ter gelegenheid van hun huwelijk ten voeten uit vereeuwigd, met eigen ogen te aanschouwen en gevoel te krijgen voor hun belang in het oeuvre van de schilder.

Al die nieuwsgierigheid was enerzijds gewekt door alle commotie rond de aankoop van de portretten. De Nederlandse en Franse staat kochten deze voor het astronomische bedrag van 80 miljoen euro per stuk. Anderzijds gaf de onthulling in de St. Maerten (periodiek van de HVM) van mei dit jaar, dat Oopjen Coppit met haar tweede echtgenoot, Martin Daey ook een tijdlang op landgoed Voordaan in Groenekan heeft gewoond iets extra's aan dit bezoek. Uit ladinglijsten van schuiten die inboedels van rijke Amsterdammers 's zomers naar hun buitens aan de Vecht en elders brachten én uit inboedelbeschrijvingen in de archieven van de gemeente Maartensdijk blijkt dat de twee portretten van Oopjen en Marten 's zomers ook daadwerkelijk in huize Voordaan in Groenekan hebben gehangen.

Deskundig
De leden van de HVM mochten zich in het Rijksmuseum verheugen in rondleidingen door twee kunsthistorici; zij schetsten een boeiend beeld van de ontwikkelingen, die Rembrandt persoonlijk en artistiek in de loop van zijn leven doormaakte. Die achtergrondinformatie maakte het aannemelijk, dat de aanschaf van de portretten van Oopjen en Marten een zinvolle is. De HVM-leden kunnen terugzien op een geslaagd initiatief.
(Frank Klok)