Afbeelding

Het orgel en de zwerver

Algemeen Algemeen

Kerstverhaal door Karel Beesemer

Schilderachtig mooi is dat kerkje op de heuvel. Niet alleen mooi, maar ook eeuwenoud. Meer dan vijfhonderd jaar biedt het letterlijk en figuurlijk bescherming en beschutting aan de gelovigen. Het kerkje is 's zomers al een mooi plaatje, maar 's winters als het landschap besneeuwd is, raak je geroerd door het schitterende tafereel. Maar ja, wanneer sneeuwt het eigenlijk nog? Dat is lang geleden en als er dan wat valt is het als regel heel weinig. En dat weinige verandert dan in de kortste keren in een natte, onaantrekkelijke prut.

Gelovigen en ongelovigen verlangen naar een échte witte kerst. Maar nu, 't loopt tegen kerst en let op, de  hoop van de mensen wordt werkelijkheid! Geloof het of niet, het begint te sneeuwen en niet zo'n beetje! De sneeuw blijft liggen. Het blijft sneeuwen, het wordt een heel pak. Twee weken achterelkaar sneeuwt het al! Een enkele kniesoor begint al te mopperen: er valt te veel sneeuw en het duurt te lang. Maar ja, die mensen mopperen altijd, over van alles en nog wat. De jeugd denkt er anders over! De sleeën worden tevoorschijn gehaald en de kinderen genieten intens. Op tal van plekken, maar vooral met de slee van de heuvel af bij 't kerkje is dolle pret! Ook veel ouderen vinden het prachtig, maar als je stokoud bent moet je wel oppassen tijdens het lopen.   

Het kerkje is een rijksmonument, dus moet het in de oorspronkelijke staat blijven. Vroeger was het kerkje een katholiek godshuis, nu herbergt het de protestante gelovigen. Toen die het voor het zeggen kregen, werd de binnenruimte van het kerkje nogal versoberd. Maar dat was ver voor de tijd dat het kerkje beschermd werd door de monumentenstatus. Protestante kerkgangers hebben het niet zo op pracht en praal, vandaar. Bij katholieken ligt dit wel even anders!

Het uiterlijk van het orgel bleef onveranderd
Wat binnen eeuwenlang onveranderd bleef was het indrukwekkende front van het kerkorgel en de overweldigende klank die de tinnen pijpen voortbrachten. Maar ja, de jaren schrijden voort en de ooit zo overweldigende klank werd door de tand des tijds minder en minder.

Het kerkorgel ging zo hard in kwaliteit achteruit dat van de ooit zo schone klanken weinig tot niets over bleef.

Toen het te gek werd besloot het kerkbestuur het orgel niet meer te gebruiken bij de erediensten. 't Zou ook onmogelijk zijn, de klanken - voor zover je nog van klanken kunt spreken - waren niet meer om aan te horen. Wat bleef dat was het fraaie orgelfront. Dat was een troost, als was het een schrale.

Goede raad, niet duur
Goede raad was in dit geval niet duur. Men kocht een piano en de psalmen en gezangen werden daarmee begeleid. De organist werd pianist en de kerkgangers vonden het wel goed zo. De organist (nu dus pianist) vond het maar niets, 't was een noodoplossing en niet meer dan dat.

Weer verstreken jaren en het kerkorgel in het kerkje oogde steeds mismoediger..

Er werd niet naar omgekeken en stof van jaren nestelde zich op de orgelpijpen, de klavieren, de pedalen en wat er zich verder zoal op en aan een orgel bevindt. Totdat… totdat een vermogende broeder uit de gemeente - een echte liefhebber van klassieke orgelmuziek - vond dat het zo niet langer kon. Het orgel moest worden gerestaureerd, gerenoveerd en ook worden uitgebreid. Maar daar was een vermogen mee gemoeid. Hij was bereid een fors bedrag beschikbaar te stellen maar vond terecht dat het nog ontbrekende geldbedrag (ook fors) door anderen moest worden opgebracht. Wie die anderen dan wel waren? Natuurlijk in de eerste plaats de kerkgangers, maar ook de dorpelingen konden best hun deeltje bijdragen en misschien waren er fondsen aan te boren?

Met een klein groepje fanatiekelingen ging men aan de slag om alles te organiseren rondom het vergaren van geld. Oliebollenacties, loterijen en mailings enzovoort werden georganiseerd. Ja ook mailings want de tijd was inmiddels zover voortgeschreden dat ook computers in de meest geschakeerde vormen hun intrede hadden gedaan. Het was gemeengoed geworden en er werd daarvan ook voor het orgel veelvuldig gebruik gemaakt.

Na zeven jaar ploeteren was het benodigde geld voor de restauratie van het kerkorgel eindelijk bij elkaar. Zo ongeveer dan, want een betrekkelijk klein bedrag ontbrak nog.

Men vond het verantwoord dat de opdracht kon worden verstrekt aan een te goeder naam en faam bekend staande orgelbouwer. Na tweeëneenhalf jaar werken was de gigantische klus geklaard.

Het orgel straalde van alle kanten en bracht klanken voort die elke muziekliefhebber van orgelmuziek in verrukking bracht.

't Liep tegen kerst
Een lid van het renovatiecomité bedacht dat het wellicht door zowel de 'parochianen' als de mensen uit het dorp en misschien zelfs uit de regio, op prijs zou worden gesteld indien op kerstavond een feestelijk orgelconcert zou worden gegeven als inwijding van het gerenoveerde en uitgebreide kerkorgel. De toegang zou gratis moeten zijn, vond hij.
In die gedachtegang kon men zich wel vinden maar niet met de gratis toegang tot het concert   

We komen nog een bedrag tekort en een entree van € 7.50 lijkt redelijk. Om in orgeltermen te spreken: We moeten alle registers opentrekken om ook het restantbedrag te kunnen betalen'. Er ontstond een Babylonische spraakverwarring. Er ging via de digitale snelweg een bericht de wereld in van het komende gratis orgelconcert     

Toen de grote dag was aangebroken - het was de kerstavond terwijl er heel schilderachtig een enorm pak sneeuw lag - had een lid van het comité overijverig en te goeder trouw, een affiche laten vervaardigen dat voor de hoofdingang van de kerk werd geplaatst. Daarop stond (ten onrechte) dat de entree € 7,50 bedroeg. Dat was niet zo'n wereldschokkend bedrag, maar het klopte niet, temeer niet daar ook op de website werd meegedeeld dat de entree gratis zou zijn. Nou ja, door die € 7,50 per persoon zou niemand zich laten weerhouden, het was en bleef toch een unieke kans om erbij te zijn.
Eindelijk was kerstavond aangebroken met het bijzondere feestelijke orgelconcert, dat om 20.00 uur zou beginnen. Om 19.30 uur zouden de deuren opengaan. Om ongeveer 19.00 uur stonden er reeds drommen mensen te wachten.

Slordig en ongeschoren
Wat opviel was een wat slordige, ongeschoren man die de een na de andere wachtende aanschoot. Hij stond daar even mee te smoezen en kreeg dan (meestal) wel wat geldstukjes.

Het was niet zo moeilijk om te begrijpen wat het verhaal van de man, kennelijk een bedelaar, was: Hij zou zo graag het orgelconcert bijwonen, maar hij had helaas geen € 7,50.

Of het nu kwam door het straks komende orgelconcert, of door het zo fraai besneeuwde landschap, of men was overmand door de kerstsfeer, of door gewone goedgeefsheid, of door een mengvorm van dit alles: men was mild gestemd en men gaf gul!
Eindelijk werd de deur geopend van de kerk en mochten de mensen naar binnen. Ondanks het grote aantal belangstellenden waren de mensen in de kortste keren binnen. Het bleek dat ondanks de tegenstrijdige berichtgeving er niet betaald behoefde te worden, de entree was gratis.
De kerk zat vol, maar de armlastige (?) man zat daar niet tussen. De bedelaar was ook maar geen seconde van plan het concert bij te wonen. Het was een slimme zet van de man het concert aan te grijpen om zijn 'vermogen' bij te spijkeren. Immers, de drank vandaag de dag was zeer aan de prijs!

Een extra dimensie
De mensen vonden het orgelconcert overweldigend mooi, of ze nu verstand hadden van muziek of niet. Wat een extra dimensie gaf aan het concert was dat het publiek via een groot scherm, dat opgesteld was in de kerk, kon meekijken en zodoende de verrichtingen van de organist haarscherp kon volgen. Je behoeft geen kenner te zijn om te kunnen vaststellen dat hier sprake was van groot vakmanschap. Het hand- en voetenwerk van de organist was in een woord virtuoos en prachtig om te zien!  

En de slordige, ongeschoren bedelaar?
Hij ging naar zijn schamele onderkomen. Toch was het daar best wel behaaglijk, de kachel snorde. Hij ging verwachtingsvol zijn bij elkaar gebedelde geld tellen en tot zijn grote tevredenheid kwam hij tot een bedrag van € 112,75. Daar kwam hij de kerstweek wel mee door. 't Zou een onvergetelijk kerstweek worden. Vandaag, eerste kerstdag, blijf hij maar thuis. Hij had, vond hij, vanavond al hard genoeg gewerkt. En trouwens, zijn stamkroeg was op deze eerste kerstavond gesloten. Morgen was die weer als vertrouwd open. Hij ging een prachtige kerstweek tegemoet!

Hij dacht met een brede grijs terug aan zijn jeugdjaren. Toen bespeelde de bekende organist Feike Asma het orgel op zijn kerk te Maassluis, terwijl een jongeman zong:

Dit is Uw orgel heer,
Dit is Uw kerk,
Ik loop zo maar binnen Heer,
Net van mijn werk,
Niet voor de priester Heer, of het antiek
Ik kom alleen maar Heer, voor de muziek

De bedelaar dacht: 'Het verschil tussen mij en die jonge man is dat hij wel, maar  ik niet naar binnen ging. Maar die jongeman ving mooi niet die € 112,75 die ik nu wel heb'.

En innig tevreden dronk hij het laatste restje uit de fles Bokma op.