Vrijwilligers Claire en Daphne (r).
Vrijwilligers Claire en Daphne (r).

Nederlands leren moet vooral plezierig zijn

Algemeen Algemeen

door Rob Klaassen

Iedere week wordt er in Weltevreden in De Bilt door een tiental vrijwilligers Nederlandse les gegeven. Deze lessen vinden elke dinsdag- en donderdagochtend plaats van 10.00 tot 12.00 uur. De coördinator is Claire Vrijdag. We konden een klein deel van de les van Claire volgen. Daarna spraken we met twee vrijwilligers, Claire en Daphne, over hun ervaringen met het geven van taallessen aan anderstaligen.

Er werd bij de les van Claire gelezen uit het boek 'Anne Frank, haar leven'. Een boek dat in eenvoudig Nederlands is geschreven. Een triest verhaal, dat gaat over de selectie van gevangenen bij aankomst in een concentratiekamp. Deze selectie hield in dat er een keuze werd gemaakt, wie van de gevangenen 'mocht' gaan werken en wie onmiddellijk naar de gaskamers werd gestuurd. De laatste groep bestond voornamelijk uit ouderen, vrouwen en kinderen. Wat bij deze les opviel is, dat er niet alleen samen wordt gelezen, maar dat alles tegelijkertijd ook fysiek wordt uitgebeeld. Op deze manier kan iedereen direct begrijpen wat de woorden betekenen.

Deelnemers
In de groep van Claire troffen we cursisten uit heel verschillende landen en windstreken aan; landen in Afrika, uit Syrië, uit Bhutan, maar ook uit Duitsland. De deelnemers aan de taalles zijn niet uitsluitend vluchtelingen, maar ook mensen die hier om verschillende redenen zijn komen wonen. Men komt hier om Nederlands te leren. Daphne zegt dat er heel veel verschillende redenen zijn voor mensen om naar de taallessen te komen. Naast het leren van Nederlands, spelen ook bijvoorbeeld gezelligheid, onderling contact en de vriendelijke sfeer een rol. Claire: 'Iedereen is hier welkom. Het is voor ons totaal niet belangrijk te weten welke status de deelnemers hebben. Het heeft namelijk niets met onze doelstelling te maken. Onze doelstelling is, om zo breed mogelijk toegankelijk te zijn. We hanteren daarbij geen schoolse regels. We proberen een sfeer te creëren waarin de deelnemers makkelijk kunnen socialiseren. Naast het taalonderwijs leren we hen ook over onze gewoonten, over de Nederlandse geschiedenis, over bijzondere feest- en verjaardagen e.d. Ook hebben we het over diverse praktische zaken, bijvoorbeeld wat er gebeurt als je 112 belt en wat je moet doen bij de als je bij de dokter komt. Nogmaals: men moet zich bij ons veilig en vrij voelen. Wij leiden dan ook niet op voor het inburgeringsexamen. Dat neemt niet weg dat het meermalen is voorgekomen dat, na het volgen van onze taallessen, men ging studeren voor het inburgeringsexamen'.

5 niveau's
Claire: 'We zijn heel laagdrempelig, we zijn, zoals gezegd, geen school. Iedereen is vrij te doen en te laten wat hij/zij wil. We zijn geen docenten en nemen dus ook geen examens af. We zijn vrijwilligers die Nederlands geven aan anderstaligen. Ze moeten helemaal niets en we verlangen niets van hen. Als ons advies wordt gevraagd, dan geven we dat'. Daphne: 'We verdelen de groepen in vijf niveaus. Groep 1 is de groep die niets weet van Nederlands. Soms tref je in deze groep ook mensen aan die noch lezen noch schrijven kunnen. In groep 2 kan men al wat beter Nederlands spreken en zo loopt het niveau per groep steeds verder op. Hoe snel men doorstroomt ligt aan de cursist zelf. Welke inspanning is die bereid of in staat te leveren. We leren hen in eerste instantie vooral klanken uit te spreken. We hebben hier ook wel cursisten die weinig vooruitgaan en die langere tijd op niveau 1 blijven zitten. Dat ze hier toch blijven komen heeft alles te maken de sfeer hier, die als gezellig, leuk en vertrouwd wordt ervaren. Wat hier ook enorm belangrijk is zijn de koffiepauzes. De deelnemers kunnen dan zowel in hun eigen taal als in het Nederlands met elkaar communiceren.

Tijdens die koffiepauzes vinden vaak echte ontmoetingen plaats en zijn vriendschappen ontstaan. Ze geven elkaar tips waar bijvoorbeeld dat of dat te krijgen is, hoe je iets zelf kunt maken e.d.'.

Gemotiveerd
We vroegen ons af of dit onderwijsconcept voor de vrijwilligers op de lange duur niet wat demotiverend zou kunnen uitwerken. Bijvoorbeeld, juist wanneer je als vrijwilliger enige vorderingen met het Nederlands hebt gemaakt, vertrekt de cursist voor langere tijd. Na terugkomst zou dan wel eens kunnen blijken, dat de eerder opgedane kennis dan weer voor een groot deel blijkt te zijn vervlogen. De vrijwilliger moet dan weer opnieuw aan de bak. Daphne: 'Nogmaals, we moeten hier echt niets. We willen de cursisten helpen om Nederlands te leren. Maar dat is voor ons niet het belangrijkste. Voor ons is het belangrijkste, dat de mensen die hier komen zich hier als vrije en gelukkige individuen kunnen ontwikkelen. Dat zij, mede door onze begeleiding, zelf hun weg wat kunnen vinden in de Nederlandse samenleving. Door de hulp die wij hen geven, hopen wij hieraan een bijdrage te kunnen leveren. Als wij dat zien voelen wij ons gesterkt en gemotiveerd om dit werk te doen en te blijven doen'.

Samen eten
Claire: 'Donderdag 7 juli van 10.00 tot 12.00 uur vindt onze langzamerhand traditionele jaarafsluiting plaats. Alle cursisten maken die dag voor de lunch een gerecht uit hun eigen land. Deze gerechten worden dan gezamenlijk genuttigd. Ieder jaar is dit weer een groot succes'.